Whatsapp Facebook X LinkedIn Instagram RSS feed

Blinde vlekken in registratie arbeidsongevallen groensector

ARTIKEL
BELEID & JURIDISCH
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Paul van der Sneppen, dinsdag 15 oktober 2024
361 sec


Vooral zelfstandigen blijven buiten beeld

Een reeks recente ongevallen met maaimachines en een verdubbeling van het aantal dodelijke arbeidsongevallen in 2023 zijn aanleiding voor Stad+Groen om nader onderzoek te doen naar arbeidsongevallen in de groensector. De uitkomst daarvan is opmerkelijk, want het gaat eigenlijk juist de goede kant op. Over de afgelopen decennia valt bijvoorbeeld een daling op in het aantal dodelijke ongevallen op de werkvloer. Daar staat echter tegenover dat er al sinds jaar en dag blinde vlekken zitten in de ongevallenregistratie. Dat roept de vraag op hoeveel zicht we eigenlijk hebben op bedrijfsongevallen in de sector. En wie blijven er buiten beeld?

Jelle Westra
Jelle Westra

Om inzicht te krijgen in de cijfers, zijn we afhankelijk van een beperkt aantal bronnen. Brancheorganisatie VHG, LTO Nederland en ook TuinKeur, dat zelf veel cijfermateriaal over de sector verzamelt, verwijzen alle naar arbodienst Stigas. Daarnaast registreren de Arbeidsinspectie en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) arbeidsongevallen per sector, maar niet specifiek toegespitst op de sector hoveniers en medewerkers groenvoorzieningen.

Zicht op ongevallen

Op de vraag of de onderzoekers samen de hele sector in beeld hebben, kan Peter Tamsma, manager preventie-advies bij Stigas, kort zijn: 'Nee, we hebben zicht op de ongevallenproblematiek en kunnen uit beschikbare cijfers redelijk goed trends duiden. Maar er is beslist ook sprake van onderregistratie.'
Onderregistratie komt onder meer door achterblijvende aangiftebereidheid. Dat de Arbeidsinspectie werkgevers sancties oplegt wanneer er een ongeval op de werkvloer gebeurt, helpt daar niet bij. Werkgevers hebben een meldingsplicht, maar sommige werkgerelateerde ongevallen komen ook via de politie of hulpverleners bij de Arbeidsinspectie terecht. Een nieuwe, minder dwingende, aanpak bij de melding en afhandeling van arbeidsongevallen doet vermoeden dat aangiftebereidheid een groot thema is bij de dienst. Stad+Groen vroeg de inspectie naar de in 2023 geïmplementeerde 'Gedifferentieerde aanpak ongevalsonderzoek' (GAO). Er werd gevraagd naar de effecten daarvan op de aangiftebereidheid en de opgelegde sancties. De inspectie toont zich opvallend terughoudend. Vragen blijven onbeantwoord.


Trends

De trends in arbeidsongevallen waarover Tamsma spreekt, stemmen voorzichtig hoopvol voor de sector hoveniers en groenvoorziening en ook voor het bredere verband waartoe de sector behoort, de agrarische en tuinbouwsector. Er lijkt een neerwaartse trend te zien in het aantal dodelijke ongevallen. In de periode 2013 tot 2021 vielen er bijvoorbeeld in totaal acht dodelijke slachtoffers te betreuren in het hoveniersvak; in 2020 en 2021 waren dat er nul.
'Bij zulke lage aantallen liggen grote procentuele fluctuaties natuurlijk wel op de loer', legt Tamsma uit. 'Van een naar twee ongevallen is immers al een verdubbeling.' Zelfs wanneer we naar de grotere getallen kijken, naar de cijfers van de gehele agrarische en tuinbouwsector, zien we relatief lage aantallen dodelijke ongevalsslachtoffers, die door de jaren heen verhoudingsgewijs plots stevig kunnen verspringen. 'In het afgelopen jaar, 2023, werden bijvoorbeeld tien dodelijke ongevallen geteld in de gehele agrarische en groene sector; dat is een verdubbeling ten opzichte van het voorgaande jaar. Dat is dan natuurlijk plots een zorgwekkende toename. Maar 2022 telde het laagste aantal dodelijke slachtoffers sinds 1979.'


Peter Tamsma Stigas
'Er is beslist sprake van onderregistratie'

Waar de Arbeidsinspectie voor haar data over arbeidsongevallen put uit de wettelijke meldingsplicht voor werkgevers, zoekt Stigas haar gegevens vooral in de media. Die twee verschillende bronnen naast elkaar gelegd, onthullen dat er sprake moet zijn van onderregistratie, zo constateert Tamsma. Hij doorzoekt al sinds 2006 nieuwsbronnen op arbeidsongevallen in de groensector en daarvoor deed een collega dat. 'We doen dat dus al lang en consequent en dat levert een goed beeld op, maar dus beslist geen volledig beeld. Nieuwsmedia melden immers alleen de grotere ongevallen, vaak ongelukken waar politie aan te pas kwam of hulpverleners.' Wie daaruit de conclusie trekt dat de Arbeidsinspectie beter gepositioneerd is om dat beeld te completeren, komt echter bedrogen uit. 'We leggen elk jaar onze gegevens naast die van de Arbeidsinspectie en tellen dan meestal meer dodelijke ongevallen dan de Arbeidsinspectie.'

Ondernemers en zzp'ers

De blinde vlek zit volgens Tamsma vooral bij ondernemers en zzp'ers. De Arbeidsinspectie beperkt de registratie tot werknemers. Daar horen weliswaar ook uitzendkrachten bij en zzp'ers die volgens de definities van de Arbowet onder gezag van een opdrachtgever werken. Maar vooral die laatste groep is diffuus. Veel zzp'ers in de groensector werken heel evident niet onder gezag. Ze hebben hun eigen expertise, gebruiken eigen materialen, hanteren een eigen tariefstelling en plannen hun werk grotendeels zelf in. Zij zijn derhalve volgens de Arbowet niet meldingsplichtig wanneer hen iets overkomt op de werkvloer.
Wanneer zelfstandig hoveniers zonder personeel echter meewerken aan een groter project, kan de situatie complexer en dus ook onduidelijk worden. De zzp'ers in kwestie zullen dan vaak betwisten dat ze onder gezag werken om hun status als zelfstandige te borgen. Behalve autonomie over werktijden en tarieven spelen daarbij ook fiscale drijfveren een rol: zzp'ers kunnen, in ruil voor alle ondernemersrisico's, vaak profiteren van regelingen als de zelfstandigenaftrek en de startersaftrek en hoeven geen sociale premies af te dragen.


Onwetendheid

Bij deze zelfstandigen spelen volgens Tamsma twee factoren een rol die de melding van een arbeidsongeval in de wielen rijden. 'Op de eerste plaats is dat onwetendheid bij werkgevers en opdrachtgevers. Veel ondernemers weten überhaupt niet van een meldingsplicht van ongevallen met werknemers. Weten ze er wel van, dan denken daar ze in hun rol van opdrachtgever van een zzp'er helemaal niet aan, simpelweg omdat de arbeidsrelatie met de zzp'er arbotechnisch onduidelijk is.'
Daarnaast zijn er de ondernemers met personeel. Ook zij blijven veelal buiten beeld bij de Arbeidsinspectie. Jelle Westra van TuinKeur weet uit eigen cijfers en andere bronmateriaal dat hij analyseert, dat circa een op de vijf mensen die werkzaam zijn in de groensector als ondernemer actief moet zijn. In Nederland werken ongeveer 20.000 tot 30.000 mensen in de sector (VHG). Het aantal varieert, afhankelijk van de tijd van het jaar en de economische omstandigheden. Maar volgens Westra moeten er dus ongeveer 4000 tot 6000 ondernemers in de branche actief zijn. 'Het aantal geregistreerden bij de KvK ligt nog iets hoger: tussen de 5000 en 7000 zelfstandige hoveniers. Een belangrijk deel hiervan bestiert een klein of middelgroot eigen bedrijf en steekt vaak zelf de handen uit de mouwen op de werkvloer. 'En dat leidt tot ongelukken. Die komen doorgaans niet op het bureau van de Arbeidsinspectie terecht of komen daar wel terecht, maar worden niet onderzocht. Een blinde vlek dus.'


Registratie

Dat beeld wordt bevestigd door Stigas. 'Het licht tussen onze cijfers en die van de Arbeidsinspectie zit hem vrijwel altijd in de registratie van ongevallen met ondernemers', zegt Tamsma daarover. Hoe groot die blinde vlek is, kan hij echter niet nader duiden. 'De verschillen tussen onze gegevens en die van de Arbeidsinspectie heb ik in de loop der jaren niet structureel bijgehouden. Het gaat ons eigenlijk minder om de cijfers dan om wat we ervan kunnen leren, de ontwikkelingen dus.'


'Kleine arbeidsgerelateerde ongevallen zijn grote blinde vlek'

Westra vermoedt bovendien nog een andere blinde vlek in de cijfers over arbeidsongevallen in de groensector. Als het om arbeidsomstandigheden gaat, kijkt hij graag naar de verzuimcijfers. Die vertellen volgens hem namelijk een nog veel prangender verhaal. In Nederland wordt ongeveer 1,3 procent van het arbeidsverzuim veroorzaakt door arbeidsongevallen. In de sector hoveniers en groenvoorziening ligt dat bijna drie keer zo hoog, op 3,6 procent (Stigas/Sazas, 2022). Daarmee bevindt het hoveniersvak zich op een bedenkelijke koppositie: onder de tien bedrijfssectoren met het hoogste verzuim veroorzaakt door bedrijfsongevallen.

Topje van de ijsberg

Westra vermoedt dat dat ziekteverzuim door ongevallen slechts het topje van de ijsberg is. 'Ik denk dat onder die hoge aantallen waargenomen arbeidsongevallen ook nog een hoop onopgemerkte kleine arbeidsgerelateerde ongevallen schuilgaan. Denk aan een snijverwonding die is opgelopen bij het werken met een heggenschaar, of een verstuikte voet doordat je een trede mist op de ladder.'
De sector hoveniers en groenvoorzieningen heeft überhaupt een relatief hoog ziekteverzuim ten opzichte van andere Nederlandse beroepsgroepen, merkt Westra op. Volgens Stigas en de arbeidsongeschiktheidsverzekeraar voor de groene sector, Sazas, lag het ziekteverzuim in 2022 op 6,78 procent. Het Nederlandse gemiddelde was dat jaar 5,6 procent, en het gemiddelde verzuim in de gehele agrarische en groene sector samen lag daar zelfs nog onder, op 5,25 procent. Het hoveniersvak steekt dus met kop en schouders boven de rest uit. 'Waardoor komt dat?', vraagt Westra zich af. 'Ik vermoed dat het alles te maken heeft met de fysieke belasting van het vak. Het is zwaar werk. Voordat je het weet, ga je over een grens en loop je een blessure op. Of je bent vermoeid en let even niet op. Kleine ongelukjes liggen dus steeds op de loer.'


Enquêtes

Wie, alle blinde vlekken ten spijt, tóch een redelijk betrouwbaar beeld wil krijgen van het aantal arbeidsongevallen in de hoveniersbranche, kan ook de cijfers van CBS/TNO raadplegen. Het CBS verzamelt gegevens over werkgerelateerde ongevallen middels enquêtes. De uitkomsten zijn te vinden in de jaarlijks gepubliceerde Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) - geen feitelijke telling, maar een personensteekproef. Zo'n steekproef kan juist inzicht verschaffen in de blinde vlek die de onderzoeksmethoden van Stigas en de Arbeidsinspectie laten liggen. Vooral het aspect van de aangiftebereidheid speelt in zo'n enquête-onderzoek geen rol meer. Respondenten spreken vrijuit en anoniem over ervaringen met ongelukken op de werkvloer.
In de data van het CBS zijn weliswaar geen cijfers te vinden over héél specifiek de sector hoveniers en medewerkers groenvoorzieningen, maar wél over de groep hoveniers, tuinders en kwekers, een grotere beroepsgroep dus met min of meer vergelijkbare werkzaamheden. In die cijfers valt op dat hoveniers, tuinders en kwekers relatief hoog scoren, zelfs binnen de gehele agrarische sector, die op zich al hoog scoort op arbeidsongevallen. Volgens het CBS stonden de agrarische beroepen op de derde plaats van beroepsgroepen waarin veel arbeidsongevallen voorkomen (2021).


Opmerkelijk hoog

De hele agrarische beroepsgroep laat een totaal ongevalspercentage zien van 1,7 procent voor ongevallen met letsel. De groep hoveniers, tuinders en kwekers scoort binnen die groep met 5,9 procent maar liefst ruim drie keer zo hoog. Voor ongevallen met vier dagen of meer verzuim is dat cijfer in de groep hoveniers, tuinders en kwekers driemaal zo hoog als het totaal van de agrarische beroepen. Het is dus evident dat het hoveniersvak een beroep is met een opmerkelijk hoog ongevalsrisico.
Samenvattend kan geconstateerd worden dat cijfers over werkgerelateerde ongelukken laten zien dat lang niet alle arbeidsongevallen in het hoveniersvak in beeld zijn. Waar de blinde vlekken precies zitten, blijft zonder goed onderzoek in nevelen. Al is het aannemelijk om, zoals Stigas doet, te veronderstellen dat de blinde vlek vooral bij de zelfstandige ondernemers in de branche zit. Hoezeer die groep blootgesteld is aan arbeidsongevallen, is echter onduidelijk, net als de ernst van die ongevallen. Wie de beschikbare cijfers over arbeidsongevallen in het hoveniersvak tegen het licht houdt, kan eigenlijk alleen maar vaststellen dat er een aanzienlijke groep zelfstandigen in het vak werkt die te maken heeft met een opmerkelijk hoog ongevalsrisico. Dat vraagt om nader onderzoek. 'Cijfers zijn vooral belangrijk om van te leren', zegt Tamsma daarover. 'We kunnen ervan leren waar de risico's schuilen en hoe we het werk veiliger en beter kunnen maken.'


LOGIN   met je e-mailadres om te reageren.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
AGENDA
Tuinmachineshow Dagen bij Lozeman Tuinmachines
donderdag 24 oktober 2024
t/m zondag 8 december 2024
Recreatie Vakbeurs: 12 - 14 november in Evenementenhal Hardenberg
dinsdag 12 november 2024
t/m donderdag 14 november 2024
Fleetexpo
woensdag 13 november 2024
t/m donderdag 14 november 2024
Daken & Zaken
woensdag 13 november 2024
Sima 2024
zondag 24 november 2024
t/m woensdag 27 november 2024

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
Green Industry Profile
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER