| |||||||||||||
OBB ontwierp daarom voor gemeenten stickers voor op het speelgoed van bewoners dat ze in de openbare ruimte tegenkomen en volledigheidshalve voor hun eigen speeltoestellen. Daarmee kan de gemeente laten zien dat kinderen gewoon in de openbare ruimte met speelgoed mogen spelen. Er was namelijk een misverstand ontstaan doordat de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) enkele gemeenten gemaand heeft om speelgoed weg te halen c.q. aan de wettelijke eisen van speeltoestellen (Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen = WAS) te laten voldoen. Op de stickers van OBB is aangegeven dat eigenaren het speelgoed na het spelen gewoon weer – regelmatig - binnen moeten halen of op eigen terrein moeten zetten. Doordat op deze manier de ouders als het ware naast het speelgoed staan, vallen deze niet onder het WAS. Samen met deze stickers krijgt de gemeente een toelichting om te plaatsen op de gemeentelijke website. Hoe is dat misverstand ontstaan? De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft enkele gemeenten gemaand om speelgoed weg te halen c.q. aan de wettelijke eisen van speeltoestellen te laten voldoen. In deze gemeenten was (is) het echter beleid bewoners aan te moedigen met het speelgoed - al dan niet in plaats van speeltoestellen - min of meer permanent een soort speelplek in te richten. Daarbij komt het ook voor dat gemeenten de speelgoedjes zelfs zijn gaan registreren. En juist met deze acties wordt speelgoed nu eenmaal gezien als een speeltoestel met alle WAS-eisen die daaraan gesteld worden. Het CE-keurmerk voor speelgoed is namelijk niet geschikt voor speeltoestellen voor de openbare ruimte. Door er nu met de stickers voor te zorgen dat het bewonersspeelgoed ook als zodanig speelgoed blijft, is het WAS niet van toepassing. En de kinderen kunnen gewoon lekker blijven spelen in de verlengde achtertuin die openbare ruimte heet, met een bal, een skelter, een glijbaantje en een trampoline. Ga lekker spelen met je speelgoed Dit is toch wat alle gemeente zouden moeten willen: dat haar bewoners genieten van de openbare ruimte! OBB roept al bijna 20 jaar dat de hele openbare ruimte speelruimte is. Daarnaast willen steeds meer bewoners participeren in de openbare ruimte. En spelen hoort daar nadrukkelijk bij. Sterker nog (het autorijden niet meegerekend): kinderen zijn waarschijnlijk de grootste gebruikers van de openbare ruimte en ook veel burgerinitiatieven gaan over speelplekken. Daarom legt een gemeente speelplekken aan en onderhoudt ze deze. Kinderen die lekker spelen met hun eigen speelgoed horen daarbij. Het moet dus geen probleem zijn dat ouders hun plastic glijbaantje, zandbakje, trampoline en dergelijke buiten in de openbare ruimte zetten. De gemeenten inspecteren hun eigen speeltoestellen regelmatig op veiligheid en voert onderhoud uit zodat de toestellen veilig zijn en aan de wettelijke eisen voldoen. Natuurlijk doen ze dat niet op het speelgoed van bewoners. Gemeenten moeten er wel vanuit kunnen gaan dat bewoners zelf blijven nadenken. Sowieso zullen ouders willen dat hun eigen kroost en de buurtkinderen veilig kunnen spelen. Dus bijvoorbeeld niet bij een drukke rijbaan, of met oud speelgoed dat op instorten staat, of op een veel te harde ondergrond, of met de kans dat andere kinderen er op een onbedoelde wijze mee gaan spelen. Maar ook niet bij iemand voor de deur die er last van heeft, of zo geplaatst dat er ’s nachts wandelaars over kunnen vallen. Gemeenten moeten ervan uitgaan dat mensen zelf zorg dragen (verantwoordelijk en aansprakelijk zijn) voor wat ze hun kinderen meegeven om mee te spelen, dat ze weten waar het speelgoed is, weten als er buurkinderen mee spelen en het op tijd weer binnenhalen of in eigen tuin zetten. Eigenlijk dat ze er als het ware naast staan (al dan niet letterlijk). De verantwoordelijkheid blijft dan waar die hoort, namelijk bij degene die het gevaar veroorzaakt. OBB maakt zich er al meer dan 20 jaar hard voor dat kinderen leuk kunnen spelen. Daarom heeft zij stickers ontworpen die ze gratis ter beschikking stelt aan gemeenten voor op het speelgoed dat anders mogelijk onder het WAS valt. Op die stickers kunnen eigenaren van het speelgoed dan hun contactgegevens schrijven zodat iedereen in de buurt weet van wie het is en bij wie ze terechtkunnen als er iets aan de hand is. En zelfbouw is ook niet zo moeilijk Regelmatig is er de vraag of bewoners zelf hun speeltoestellen (groot of klein) mogen bouwen. OBB stelt dat dit gerust mogelijk is, maar dat wel voldaan moet worden aan de wettelijke verplichtingen. En dat is meestal niet zo heel moeilijk. Dat betekent dat de gemeente aan bewoners uitlegt hoe het wel moet, meedenkt hoe dat kan, waar mogelijk meehelpt de plannen van haar bewoners waar te maken en desnoods een certificaatje laat aanvragen. OBB ondersteunt daarbij op een praktische manier.
Tip de redactie |
|