| |||||||||||||
Inkoop biologische teelt vooral voor de bühne Een aantal grote gemeenten, waaronder Amsterdam, Utrecht en Den Haag, heeft besloten alleen nog maar biologisch groen in te kopen. In de praktijk komt van die ambitie weinig terecht. Het blijkt lastig te duiden waar de schoen precies wringt, maar duidelijk is wel dat de übergroene gemeenten hun biologische ambities niet erg hoog op de agenda hebben. Kent u die mop van het konijn dat steeds opnieuw bij de bakker komt en iedere keer vraagt of die worteltjestaart heeft? Na veel vijven en zessen besluit de bakker deze taart, maar op in het sortiment te nemen om van het konijn te horen dat deze toch geen honger heeft Welnu, zo vergaat het veel biologische telers ook, vinden ze. Gemeenten komen met voornemens en beleid om biologisch groen in te kopen en dus gaan telers aan de slag om hun aanbod daaraan aan te passen. OmschakelenDat heeft behoorlijk wat voeten in de aarde. Nog los van de hele papierwinkel rond de SKAL-certificering moeten werkprocessen, de inkoop en vaak ook de bodem aangepast worden. Telers die ik hierover heb gesproken, noemen veelal een omschakeltijd van twee tot drie jaar waarin ze geen biologische producten kunnen afzetten, maar wel volledig biologisch moeten werken.De vraag is of ze daarna ook werkelijk afnemers vinden in de gemeenten die hen daartoe gestimuleerd hebben. Of, zoals het de bakker uit het welbekende mopje vergaat: wanneer hij inderdaad kan antwoorden dat hij verse worteltjestaart op voorraad heeft, krijgt hij van het konijn te horen: 'Vies, hè!' OnvoldoendeTerwijl gemeenten beweren dat er te weinig aanbod van biologisch groen is, steken de biologische telers van telersvereniging Pure-Organic de koppen bijeen om te zien hoe ze meer van hun gewassen aan de man kunnen brengen. De biologische telers klagen namelijk dat gemeenten onvoldoende biologisch inkopen.Hoe dat strookt met het voornemen van een aantal grote übergroene gemeenten om alleen nog maar biologisch plantmateriaal in te kopen, is mij een raadsel. Hoewel, de Nota Inkoop 2015-2019 van de gemeente Utrecht werpt wel wat licht op het probleem. Daarin wordt nogal eufemistisch gesproken van een 'duurzame drietrapsraket'. Biologisch geteeld plantmateriaal heeft de voorkeur. Wanneer dit niet te krijgen is, grijpt de gemeente naar gewassen die voldoen aan de bovenwettelijke criteria voor de beperkte toepassing van gewasbeschermingsmiddelen en bemesting. Dat zijn gewassen die voldoen aan de criteria van het Milieukeur. Als die ook niet te krijgen zijn, wordt materiaal ingekocht dat voldoet aan de wettelijke minimumeisen voor overheidsinkopen. KeurmerkenWat echter opvalt aan de formuleringen in de nota, is dat de gemeente er op voorhand stevig rekening mee houdt dat het biologisch gekweekte plantmateriaal niet beschikbaar is. Sterker nog, zelfs de keurmerken zijn niet heilig voor de gemeente Utrecht. Steeds opnieuw wordt aan de formulering toegevoegd: '... of producten die aantoonbaar aan dezelfde eisen voldoen'. De gemeente gunt zichzelf dus, op de keper beschouwd, de vrijheid om overal om het even wat in te kopen. Welk signaal geef je hiermee aan de markt? Niet het juiste dunkt mij.Het biologisch inkoopbeleid van de gemeente Utrecht roept eigenlijk alleen maar vragen op. Hoe reken je verantwoordelijke bewindslieden bijvoorbeeld af op een afspraak om biologisch in te kopen wanneer de gemeente aan alle kanten de deur wagenwijd openzet om van dat voornemen af te wijken? En aan welke eisen moeten de inkopers en de leveranciers precies voldoen als zelfs bij de duurzame keurmerken geen solide parameters worden gevonden waaraan de gemeente zich wil binden? Kortom: hoe duurzaam is die drietrapsraket van de gemeente Utrecht nou werkelijk? Het feit dat onze redactie van de gemeente niet met de verantwoordelijke ambtenaren in gesprek mocht over dit onderwerp, helpt ook al niet om daar duidelijkheid in te scheppen. Tekst loopt verder onder de afbeelding VrijblijvendTerug naar de kwekers. Die klagen dat de übergroene gemeenten in de praktijk veel te weinig ondernemen om biologisch gekweekt plantmateriaal te vinden. De pijn zit hem vooral in de vrijblijvendheid waarmee gemeenten gestalte geven aan hun biologische ambities, zeggen ze. De Utrechtse 'duurzame drietrapsraket' lijkt die stelling te ondersteunen.Het heeft er alle schijn van dat het biologisch inkoopbeleid van de übergroene gemeenten vooral voor de bühne is. Het feit dat ze zichzelf bovenwettelijke eisen opleggen, zegt niet zoveel. De vraag rijst of ze achter de coulissen zelfs maar voldoen aan de afspraken die minister Cramer van VROM met de gemeenten heeft gemaakt over duurzame inkoop. Daarin is bijvoorbeeld vastgelegd dat per 2008 maar liefst 75 procent van de boomkwekerijproducten moet voldoen aan EKO-keur of Milieukeur. BeschikbaarheidDie vraag wordt overigens wel beantwoord door de gemeente Utrecht. Onze redactie mocht daar namelijk wel een vooraf opgesteld vragenlijstje inleveren bij de persvoorlichter, en dus vroegen we de gemeente hoe het volgens hen is gesteld met de beschikbaarheid van het biologische groen op hun boodschappenlijstje. De persvoorlichter laat weten dat maar liefst 90 procent van de aangeplante bomen nog steeds onder het Milieukeur wordt ingekocht.Dan is er nog de levertijd. Biologische kwekers klagen erover dat gemeenten hun biologische ambities niet plannen. Er wordt de kwekers zelden tijd gegund om op de vraag in te spelen. Ook dat beeld wordt bevestigd door de gemeente Utrecht. Als we informeren naar de levertijden, wordt gesproken over dagen en weken tussen de order en de levering, niet over jaren. De prikkel die de gemeente Utrecht met haar biologische inkoop afgeeft aan niet-biologische kwekers om om te schakelen naar biologisch, is op die manier nagenoeg verwaarloosbaar. SamenhangHet inkoopbeleid getuigt überhaupt niet van veel samenhang of zelfs maar van enige serieuze biologische ambitie. Een serieuze biologische ambitie reikt veel verder dan alleen het inkoopbeleid. Een gemeente moet haar hele groenbeleid eraan aanpassen, van inkoop tot beheer. Dat het anders kan, heeft bijvoorbeeld hoveniersbedrijf Donkergroen laten zien toen het van ABN Amro opdracht kreeg om een circulaire tuin te ontwerpen. Toen ontwerper Elwin Vink moeite had om de biologische planten op zijn verlanglijstje te vinden, paste hij zijn ontwerp aan. Biologisch plantmateriaal dat niet beschikbaar was, werd vervangen door soorten die wel verkrijgbaar waren. Zo kan het ook.Ik ben ervan overtuigd dat de indieners van de motie die heeft geleid tot de Utrechtse 'duurzame drietrapsraket' serieus willen bijdragen aan verduurzaming. Het resultaat is echter symboolpolitiek. Het is een halfbakken, slecht doordacht beleid waarmee de gemeente zichzelf graag in de kijker speelt als beste jongetje van de klas, en ik vrees dat het bij de andere übergroene gemeenten niet veel anders is. WetgeverHet verduurzamen van productieketens is nu eenmaal niet iets wat je het beste kunt doen vanuit de vraagkant. Het is een proces waarin de wetgever de grootste verantwoordelijkheid draagt. Sturen vanuit de markt leidt alleen maar tot een ondoorzichtig woud aan keurmerken, uitvindingen van slinkse marketeers die kopers moeten verleiden tot het uitgeven van meer geld.De markt wordt geregeerd door de waan van de dag. Ze laat weinig ruimte voor visionairs met een wijde horizon. De wet daarentegen kan wel duurzame veranderingen bewerkstelligen. Ze stelt duidelijke eisen, creëert een level playing field voor alle aanbieders en biedt handhavingsinstrumenten. Gemeenten moeten zich wat mij betreft eerst maar eens aan de afspraken houden die ze met Den Haag hebben gemaakt, alvorens ze een nog grotere broek aantrekken.
Tip de redactie |
|