Whatsapp Facebook X LinkedIn Instagram RSS feed

Nen 2767 ombouwen naar bruikbare norm voor groene sector

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Hein van Iersel, donderdag 18 april 2019
206 sec


Een score om vergelijkingen maken tussen de verschillende onderdelen van openbare ruimte

In bouw en infra wordt al geruime tijd de NEN 2767-norm gebruikt om op een objectieve manier te meten wat de conditie is van een bepaald gebouw stuk infrastructuur is. De procedures die daaraan ten grondslag liggen, zijn vooral gebaseerd op de bouw en infra. In de groene sector ontstond de behoefte om deze norm én systematiek beter toepasbaar te maken voor de groene sector. Een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van de sector verwacht deze kwaliteitsslag medio 2019 aangepast te hebben voor de sector.


Een conditiemeting is niets anders dan het meten van de technische staat van een gebouw of infrastructuur met behulp van een checklist met gebreken. Een vergelijkbare checklist werd al wel gebruikt voor het groen, maar beheerders liepen tegen het feit aan dat groen toch net iets anders is dan een gebouw. Dat de NEN 2767-norm meer is afgestemd op de bouw en infra is logisch als je je realiseert dat de norm specifiek voor deze sectoren is ontwikkeld. Met het steeds integraler worden van contracten - waarin ook groen zijn plaats heeft - neemt ook voor groen de behoefte toe om een objectieve meetmethode te ontwikkelen. Een beheerder of assetmanager kan straks via één monitoringtool achterhalen wat de conditie van zijn assets is. Een beheerder kan met die score in de hand daadwerkelijk vergelijkingen maken tussen de verschillende onderdelen van zaken die hij onder beheer heeft. Een assetmanager zou straks met NEN 2767 in de hand de conditie van zowel zijn gebouwen, de grijze infrastructuur als het groen kunnen waarderen. Voor de 'traditionele' groenbeheerder is dat misschien een horrorscenario, omdat hij overtuigd is van het unieke van 'zijn' groene omgeving, maar het past perfect in de trend naar grotere en meer integrale bestekken. Herman Wevers van adviesbureau Alles over Groenbeheer, die in de NEN 2767-expertteam groenbeheer zit, vat de voordelen als volgt samen: 'Door dit soort instrumenten kan een beheerder echt gaan beheren, en komt die taak niet bij een inventarisatiemedewerker te liggen, die eenvoudig opdracht geeft om iedere geconstateerde onvolkomenheid te herstellen of te vervangen.' Wevers geeft een praktisch voorbeeld: 'Stel, je controleert een brug en het blijkt dat de lagers piepen. De logische stap is dan het vervangen van de lagers, maar als je als beheerder weet dat deze brug over een paar jaar buiten gebruik wordt gesteld, is het waarschijnlijk handiger om maandelijks iemand langs te sturen met een vetspuit.'

Het gesprek over de aanpassing van de NEN 2767-norm vindt plaats in het kantoor van Rijkswaterstaat. Een voorbeeld waarin bruggen verwerkt zijn, ligt dus wat gevoelig. Een aantal RWS-projecten waarin het woord brug voorkomt, zijn recent minimaal met grote chocoladeletters op de voorpagina van de Telegraaf beland. Wevers begrijpt die gevoeligheid en probeert het daarom nog een keer, met een tweede voorbeeld dat dichter bij de groene praktijk ligt. 'Stel, je inventariseert de algehele conditie van een straat. Daaruit blijkt dat zowel de bomen als de bestrating in een uitstekende conditie zijn, maar het riool totaal is versleten. Eigenlijk heb je dan een probleem. Het riool zal vervangen moeten worden; dat betekent het kappen van een goed bestand laanbomen en het verwijderen van de grijze infrastructuur. Beheertechnisch heb je dan een fout gemaakt. Je hebt jaren geïnvesteerd in een hoogwaardige infrastructuur en die wordt dan afgebroken voordat hij aan het eind van zijn economische levensduur is gekomen. Dit soort problemen kun je hopelijk voorkomen door een eenduidige conditiebepaling via NEN 2767.'

Objectief

Mijn vraag aan de vertegenwoordigers van de NEN-expertteam groenbeheer gaat nog een stap verder. Is het wel mogelijk om een objectieve conditiebepaling van een groenproject uit te voeren? Een voorbeeld: een holte in een laanboom kan een bedreiging zijn voor de veiligheid als deze boom langs de kant van de weg staat, maar kan juist een pluspunt zijn vanuit het oogpunt van biodiversiteit, als deze boom bijvoorbeeld in een park of een achterafplantsoentje staat. Leon van den Bos, die namens Rijkswaterstaat in de commissie zit: De norm doet geen uitspraken over herstelmaatregelen, maar bepaald de technische staat en daarmee objectief. Een beheerder dient afhankelijk van het gebrek, de omgeving en zijn beleid te bepalen welke beheersmaatregel genomen dient te worden.


Decomponeren

Iedereen kent het woord componeren. Decomponeren was een nieuw woord voor mij; het betekent zoiets als 'uit elkaar nemen' en het is cruciaal om te begrijpen waar het bij NEN 2767 om gaat. De NEN 2767-methode gaat uit van drie samenstellingsniveaus. Een bepaald object wordt per niveau uit elkaar genomen, gedecomponeerd. Dit zijn achtereenvolgens het beheerobject, bijvoorbeeld een kanaal, het beheerelement, zoals een oever of waterbodem, en als laatste het bouwdeel, bijvoorbeeld een beschoeiing of een boom op de oever. In de praktijk is gebleken dat deze manier van decomponeren van een beheerobject in het groen onbekend en ongebruikelijk is en daarom lastig toe te passen. De expertgroep werkt nu de drie niveaus uit voor de sector groen waarbij de koppeling wordt gelegd met de BGT, de Basisregistratie Grootschalige Topografie. De BGT is de digitale kaart van Nederland waarin sinds enkele jaren alle overheden verplicht zijn hun areaal inzichtelijk te houden. Met de koppeling van de NEN 2767 aan de BGT wordt het voor beheerders mogelijk om enerzijds te voldoen aan de wettelijke verplichting en anderzijds een integrale conditiemeting te registreren.


Grote delen van de methodiek blijven natuurlijk hetzelfde. Het belangrijkste is in dit geval de scoringsmethodiek. Deze loopt van 1 tot en met 6 (zie figuur 1).

Figuur 1: Scoringsmethodiek

Conditiescore Omschrijving Toelichting
1 Uitstekende conditie Incidenteel geringe gebreken
2 Goede conditie Incidenteel beginnende veroudering
3 Redelijke conditie Plaatselijk zichtbare veroudering functievervulling van bouw- en
installatiedelen niet in gevaar
4 Matige conditie Functievervulling van bouw- en installatiedelen incidenteel in gevaar
5 Slechte conditie Veroudering is onomkeerbaar
6 Zeer slechte conditie Technisch rijp voor sloop

Samenvatting
De NEN 2767-systematiek komt van oorsprong uit het beheer en onderhoud van gebouwen. Een aantal jaar geleden haakte ook infra aan. Daarbij werd toen ook groen benoemd. Uit de praktijk bleek dat dit nog niet helemaal goed is uitgewerkt. Daarom is er een nieuwe expertwerkgroep opgericht, met daarin beheerders van Rijkswaterstaat, de provincie, de gemeente Amsterdam en het bedrijfsleven in de vorm van Alles over Groenbeheer en Movares. Deze expertgroep bekijkt of, waar en hoe de methode aangepast moet worden.

Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
AGENDA
Foire de Libramont
zondag 28 juli 2024
t/m woensdag 31 juli 2024
PlantariumGroen-Direkt Najaarseditie 2024
woensdag 21 augustus 2024
t/m donderdag 22 augustus 2024
Groentechniek Holland 2024
woensdag 11 september 2024
t/m zaterdag 14 september 2024
Future Green City 2024 in Utrecht
maandag 23 september 2024
t/m donderdag 26 september 2024
Vakbeurs Openbare Ruimte 2024
woensdag 25 september 2024
t/m donderdag 26 september 2024

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER