Integrale aanpak vindt doorgang in soortenmanagementplan |
|
|
|
|
| 186 sec |
Natuurinclusief bouwen met gebruik van SMP
Nijmegen is flink aan het uitbreiden over de Waal. Voor deze uitbreidingsplannen heeft de gemeente begin 2019 een soortenmanagementplan opgesteld, onderdeel van een pilot van de provincie Gelderland. Vakblad Stad en Groen spreekt over het proces met Tanja Martens, adviseur openbaar groen van de gemeente Nijmegen, en projectontwikkelaar Paul de Wit.
Tanja Martens (l) en Paul de Wit |
Een soortenmanagementplan, ook wel SMP genoemd, is een relatief nieuwe integrale vorm van ontheffing op de Wet natuurbescherming (Wnb). Deze wet beschermt kwetsbare planten en dieren tegen mogelijkerwijs schadelijke activiteiten, zoals bouw- en sloopwerkzaamheden. Normaliter dient voorafgaand aan deze werkzaamheden per project ontheffing te worden aangevraagd. Deze ontheffing wordt door de provincie verleend voor de desbetreffende soorten. Deze manier van werken kan bouwprojecten sterk vertragen en stimuleert projectontwikkelaars vaak niet om hun best doen voor kwetsbare soorten. Alleen het hoognodige wordt gedaan, want de wet is er alleen op gericht om de soort niet achteruit te laten gaan. Er is geen stimulans tot verbetering. Door toepassing van een soortenmanagementplan kan men tien jaar ontheffing krijgen voor de nader beschreven soorten. Deze integrale manier versnelt de processen niet alleen, maar zorgt er ook voor dat projectontwikkelaars worden beloond voor natuurinclusief bouwen: ze krijgen een gebiedsgerichte ontheffing voor een langere tijd.
Bij een goed soortenmanagementplan kunnen beschermde diersoorten in het gebied standhouden en zich in theorie zelfs uitbreiden, ondanks de bouwactiviteiten in hun leefgebied. Dit gebeurt onder andere door nieuwbouwhuizen te voorzien van ingebouwde nestruimten voor vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen. De beschermde soorten die in het Nijmeegse soortenmanagementplan voor de Waalsprong worden genoemd, zijn: steenuil, ransuil, kerkuil, buizerd, roek, rugstreeppad, grote modderkruiper en poelkikker.
| Tanja Martens, adviseur openbaar groen bij de gemeente Nijmegen |
|
|
Historische tuinderij
In het café van stichting Warmoes, een historische tuinderij in het nieuwe ontwikkeldeelgebied Woenderskamp van de Waalsprong, heb ik afgesproken met Tanja Martens, adviseur openbaar groen van de gemeente Nijmegen, en projectontwikkelaar Paul de Wit. Het café ligt nu nog ruimtelijk tussen de weilanden, maar straks midden in de nieuwe wijk Waalsprong.
|
Het soortenmanagementplan biedt hier uitkomst, met als resultaat tien jaar lang ontheffing
| |
|
De Wit en Martens zijn beiden onverminderd enthousiast over de pilot. De Wit klinkt niet als een doorsnee-projectontwikkelaar; zijn enthousiasme doet een groene achtergrond vermoeden. De Wit: 'Binnen de Waalsprong waren wij al een paar jaar geleden gestart met de uitvoering van een steenuilencompensatieplan. Dat was niet eenvoudig, want op basis van ruimtelijke ontwikkelingen krijg je geen ontheffing. Het soortenmanagementplan biedt hier uitkomst, met als resultaat tien jaar lang ontheffing. Ook kun je het SMP perfect verweven met de stedenbouwkundige uitwerking van de Waalsprong.'
| Paul de Wit, projectontwikkelaar bij de gemeente Nijmegen |
|
|
Landschappelijke zone
Het duo is trots op de oude knotwilgen die behouden zijn gebleven. Deze stonden eigenlijk op de kaplijst, maar hebben mede dankzij het soortenmanagementplan een nieuwe plek gekregen in het gebied. Martens: 'Deze wilgen zijn oud, scheef en hebben scheuren, maar ze zijn karakteristiek voor het gebied en bieden mooie kansen voor bijvoorbeeld de steenuil. Verder gaan we houtsingels, struweelhagen en poelen aanleggen en planten. Deze landschapselementen komen uit het oorspronkelijk landschap van het gebied: klein agrarisch cultuurlandschap.' De Wit: 'Het gebied was tot circa 1980 vooral een kassengebied. Het bevat weinig natuurwaarde. Door de ontwikkeling van deze nieuwe woonwijk, met groen, natuur en water, vergroten we de biodiversiteit en de algemene natuurwaarde.'
Burgerparticipatie
Het bouwen van een nieuwe wijk is één, het 'opvoeden' van de nieuwe bewoners is - idealiter - maatregel twee. Want voor De Wit en Martens houdt het niet op ná de bouw. Het horrorscenario is dat alle toekomstige bewoners hun tuin vol leggen met stenen. Martens: 'De tuin is toch vaak een sluitpost bij nieuwbouwprojecten; begrippen als goedkoop en lekker makkelijk winnen het dan vaak.' Volgens Martens wordt er door de gemeente echter op diverse manieren geprobeerd om de toekomstige bewoners te 'vergroenen'. Martens: 'We geven voorlichting en verspreiden flyers op de jaarlijkse woonbeurs Nijmegen. Op deze wijze proberen wij bewoners te stimuleren om groene tuinen aan te leggen.'
De Wit: 'De rol van bewoners en natuurorganisaties is van groot belang bij het vergroten van de biodiversiteit in de Waalsprong. Zo nodigen wij onszelf uit op kopersavonden en roepen toekomstige bewoners op hun krachten te bundelen om in bepaalde delen van de Waalsprong onderhoud te plegen aan de groene ruimte. Dit versterkt niet alleen de sociale cohesie tussen bewoners, maar draagt ook bij aan de bewustwording van het nut en de noodzaak van biodiversiteit.' Nijmegen zocht ook contact met diverse natuurorganisaties, om met hen te praten over hun eventuele rol bij het tellen van de diersoorten, beheer en educatie. Ook via Operatie Steenbreek worden bewoners gestimuleerd om hun tuinen te vergroenen en geschikt te maken voor de dieren die bij hun huis voorkomen. In de Waalsprong wordt in het kader van duurzaamheid ook het hemelwater afgekoppeld. Via een stelsel van wadi's en watersingels blijft het hemelwater in het gebied.
Fietsrondje
Ter afsluiting van het gesprek fietsen we een rondje door het gebied. Zo zie ik met eigen ogen de karakteristieke knotwilgen die gespaard bleven voor de kap en het herstel van de watersingels en andere landschapselementen. Ik hoor niets dan positieve geluiden over het soortenmanagementplan. Ik ben dan ook zeer benieuwd hoe de Waalsprong zich de komende jaren gaat ontwikkelen als natuurinclusieve wijk.
| Door het behoud van de knotwilgen behoudt het gebied haar eigen karakter. |
|
|
Pilot
Het soortenmanagementplan van Nijmegen voor de Waalsprong is ontwikkeld in de vorm van een pilot van de provincie Gelderland, waarin ook drie andere Gelderse gemeenten participeren. Een SMP heeft als voordeel dat er eenmaal een gedegen onderzoek naar de aanwezigheid van (beschermde) soorten kan plaatsvinden, wat uiteindelijk één gebiedsbrede aanpak voor beschermde dieren oplevert. Zo wordt de overlevingskans van beschermde dieren vergroot. Bovendien is het efficiënter voor planvorming, vergunningverlening, handhaving en monitoring. Ook wordt bij deze aanpak de stedelijke ontwikkeling gekoppeld aan actieve soortenbescherming.
|
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
|
| |
Agribex 2025
|
woensdag 3 december 2025 t/m zondag 7 december 2025 |
|
|
|
|
|
|
|