Whatsapp Facebook X LinkedIn Instagram RSS feed

Drachtplanten, beslist (g)een bij-zaak

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Ronald Houtman, Foto's: Plants & Pictures, dinsdag 21 april 2020
374 sec


Biodiversiteit, duurzame beplanting, ecologisch evenwicht - het zijn termen die we in het hedendaagse openbaar groen maar al te vaak tegenkomen. En terecht. Sinds de eeuwwisseling dringt overal het besef door dat gebalanceerde duurzame beplantingen het beste bieden voor iedereen: planten, dieren en mensen. Drachtplanten zijn hiervan een onmisbaar onderdeel.

Bijen op <i>Aralia chinensis</i>
Bijen op Aralia chinensis

Dat biodiversiteit belangrijk is, komt natuurlijk niet uit de lucht vallen. Het planten- en dierenleven staat overal ter wereld onder druk. Toenemende industrialisering, bevolkingsgroei en schaalvergroting in land- en tuinbouw hebben ertoe geleid dat we steeds beter zijn gaan nadenken over de beplanting die we in onze leefomgeving gebruiken. En juist omdat we deze inrichting zelf vormgeven, zijn we in staat om er balans in aan te brengen. Werd er vroeger gewoon 'groen' rond bebouwing geplant, tegenwoordig kijken we daar gelukkig heel anders tegenaan. Het te planten sortiment wordt niet meer van bovenaf bepaald, maar maakt deel uit van een maatschappelijke discussie. Burgers, gebruikers en belangenclubs hebben inspraak en stellen soms (stevige) eisen ten aanzien van de beplanting. Dat lijkt soms lastig, maar vergeet niet dat iedereen hetzelfde doel heeft: een gebalanceerde duurzame beplanting die voor iedereen een prettige (leef)omgeving vormt.

Bijen en vlinders

Terug naar de kern. Als we het over biodiversiteit hebben, denken de meeste mensen direct aan twee dieren: bijen en vlinders. Uiterlijk zeer verschillend, maar in praktijk nogal eens over één kam geschoren als 'vliegende insecten', waartoe voor het gemak ook meteen de hommels worden gerekend. Toch zijn ze heel verschillend en verdienen ze een andere benadering. Vlinders doen het altijd goed bij burgers. Niet vreemd, want deze vrolijke fladderaars dragen in hoge mate bij aan de levendigheid van de beplanting. De nectar in bloemen vormt een voedselbron voor vlinders, terwijl het loof voedsel is voor rupsen. Het belang van bijen gaat daarentegen dieper. Niet alleen 'bevliegen' bijen een breder sortiment planten en zorgen ze daarbij dat er meer verschillende bloemen worden bestoven; ze geven ook een zeer belangrijk product terug: honing.
Om diversiteit aan bijen en vlinders te krijgen, moet er dus voldoende variatie in beplanting zijn. Een bijkomend gevolg is dat er ook andere dieren worden aangetrokken. Denk hierbij aan lieveheersbeestjes, spinnen, verschillende soorten vliegen etc. Maar ook grotere dieren zoeken hun toevlucht in een gevarieerde beplanting: in eerste instantie egels en vogels, maar ook hagedissen, eekhoorns en ringslangen kunnen aan dit rijtje worden toegevoegd.


Beplanting

Om diversiteit aan dieren te krijgen, is diversiteit aan planten noodzakelijk. De kern hiervan wordt gevormd door nectar- en/of pollenrijke planten. Dit kunnen bomen, heesters en vaste planten zijn. Niet alleen inheemse planten, maar juist ook exoten dragen bij aan een dergelijke gevarieerde beplanting. Het bekendst is natuurlijk Buddleja davidii, de vlinderstuik. Deze van oorsprong Chinese struik is een feest voor insecten. Ook de van origine uit tropisch Amerika afkomstige Lantana camara trekt veel insecten aan, in het bijzonder vlinders. Van deze plant bestaan zeer veel kleurige cultivars, die bij ons alleen als kuipplant kunnen worden toegepast. Een andere exoot, Amelanchier lamarckii, het krentenboompje, is afkomstig uit Noord-Amerika. Maar dat maakt de vogels die de vruchten eten helemaal niets uit. Het is dus niet waar dat alleen inheemse soorten goed zijn voor de biodiversiteit. Exoten en cultivars dragen hier even veel, zo niet meer aan bij. In dit artikel beperken we ons echter tot bijen en houtige gewassen.


Om diversiteit aan dieren te krijgen, is diversiteit aan planten noodzakelijk

Nectarwaarde en pollenwaarde

Bij bijenplanten zijn twee zaken van belang: de nectarwaarde en de pollenwaarde. De nectarwaarde zegt niets over de hoeveelheid nectar die de bloemen van een plant bevatten, maar geeft aan in welke mate de betreffende plant wordt bevlogen vanwege de aanwezige nectar. Voor de bij is hierbij een aantal criteria van belang. Allereerst is dat de hoeveelheid aanwezige nectar. Vervolgens is ook de kwaliteit (de smaak) van belang; zoals te verwachten zijn er (voor een bij) smaakverschillen tussen de nectar van verschillende plantensoorten. En ten slotte zijn de herkenbaarheid en de toegankelijkheid voor de bij van belang. Een plant die veel nectar produceert, heeft niet automatisch een hoge nectarwaarde. Als de nectar niet gevonden wordt of onbereikbaar is voor bijen, hebben ze er niets aan.
De pollenwaarde van een plant geeft aan in welke mate de plant wordt bevlogen vanwege de aanwezige pollen. Net als de nectarwaarde heeft dit dus niets te maken met de hoeveelheid pollen. Ook hier spelen herkenbaarheid (voor de bij), hoeveelheid en toegankelijkheid een rol. Op de website Imkerpedia (www.imkerpedia.nl) wordt een goed overzicht gegeven van de nectar- en pollenwaardes van verschillende planten. Deze waardes worden met cijfers aangeduid, waarbij N0 en P0 het laagst zijn en N5 en P5 het hoogst.


<i>Acer platanoides</i>
Acer platanoides

Bomen

Bij bijenplanten denken we in eerste instantie niet aan bomen. Toch zijn er een paar bomen die als goede bijenbomen kunnen worden beschouwd. Met Acer hebben we meteen een belangrijke te pakken. Zowel inheemse esdoorns (A. campestre, A. platanoides en A. pseudoplatanus) als verschillende uitheemse soorten (A. cappadocicum, A. griseum, A. rubrum en A. saccharinum) en cultivars worden al vrij vroeg in het jaar door bijen bevlogen en hebben een nectar- en pollenwaarde van N5/P5. Ook bij Salix doen zowel inheemse als uitheemse soorten het prima met N5/P5. Afhankelijk van de situatie is hier dus voldoende ruimte om de juiste soorten te kiezen voor toepassing.
Iets later in het voorjaar is het de beurt aan een familielid van Acer: Aesculus (paardenkastanje). Alle soorten zijn goede pollen- en nectarplanten, uitgezonderd de gevuldbloemige A. Hippocastanum 'Baumanii'. Ook Castanea sativa (tamme kastanje) is een prima pollen- en nectarboom. Hoewel het geslacht Cornus voornamelijk uit struiken bestaat, is de min of meer boomvormige C. controversa, en dus ook de bontbladige cultivar 'Variegata', een uitstekende nectar- en pollenplant. Ailanthus altissima, een uitheemse boom die op de voorlopige lijst van invasieve exoten staat, heeft een uitstekende nectar- en pollenwaarde. Bij Prunus zien we een wat wisselender beeld. Zo zijn de meeste fruitproducerende soorten en cultivars (o.a. P. armeniaca, P. avium, P. cerasus en P. persica) prima nectar- en pollenplanten. Andere, zoals P. padus, P. serrulata en P. subhirtella, scoren met N3/P3 gemiddeld. Bij de (sier)peren is het beeld hetzelfde. P. calleryana en P. salicifolia 'Pendula' scoren 'slechts' N3/P3. De consumptieperen echter, cultivars van P. communis, behalen de maximale score.
Eveneens opvallend is het verschil tussen Pterostyrax corymbosa (N4/P4) en Pterostyrax hispida (N1/P1). Vanuit de biodiversiteit geredeneerd is het dus duidelijk aan te bevelen P. Corymbosa toe te passen. Ook de fraaie Styrax japonicus scoort slechts N1/P1.
Bij raadpleging van de lijst met nectar- en pollenwaardes op Imkerpedia valt op dat sommige planten die veel door bijen worden bevlogen een lage nectar- en pollenwaarde hebben. Zo heeft Crataegus een waarde van slechts N1 en P1. Dit geldt ook voor Laburnum, eveneens een boom die tijdens de bloei druk door bijen wordt bevlogen.
Zoals te verwachten heeft Gleditsia triacanthos een nectar- en pollenwaarde van N5/P5. De bomen gonzen in het late voorjaar van de vele bijen die de kleine, onopvallende bloemen bevliegen. Het is dan ook niet verassend dat het naaste familielid van Gleditsia, Robinia pseudoacacia, eveneens een nectar- en pollenwaarde van N5/P5 haalt. Het feit dat er specifiek acaciahoning wordt verkocht, zegt in feite al genoeg. Een andere zeer bekende boom met 'eigen' honing is natuurlijk Tilia. De ervaring om onder een met bijen gonzende linde te staan, is bij de meeste mensen wel bekend. Alle lindesoorten zijn toppers qua nectar- en pollenwaarde.
Het is opvallend dat de pollen van de honingboom, Styphnolobium japonicum (beter bekend onder de oude naam Sophora japonica), giftig zijn voor bijen. What's in a name... In de praktijk is dit geen probleem, omdat bijen stuifmeel halen uit meerdere verschillende planten.
Koelreuteria paniculata, een boom met juist een opvallende bloei, heeft met N4/P4 eveneens een hoge nectar- en pollenwaarde. Deze warmteminnende boom bloeit in juli. Ten slotte nog een speciale vermelding voor Tetradium daniellii. Deze kleine boom heeft naast een hoge nectar- en pollenwaarde ook een hoge sierwaarde qua bloei en aantrekkelijke vruchten. Net als Koelreuteria is Tetradium nauwelijks gevoelig voor ziekten en plagen.


De bomen gonzen in het late voorjaar van de vele bijen die de kleine, onopvallende bloemen bevliegen

<i>Buddleja alternifolia</i>
Buddleja alternifolia

Heesters

Over het algemeen is het beeld qua nectar- en pollenwaarde bij heesters vergelijkbaar met dat bij bomen. Planten waarvan je zou verwachten dat ze een hoge waarde voor bijen hebben, blijken die niet te hebben. En planten waarvan je het niet zou verwachten, hebben juist een hoge nectar- en pollenwaarde. Dit geldt bijvoorbeeld voor Acer. De meeste boomvormige esdoorns scoren prima, maar Acer palmatum, de Japanse esdoorn, scoort met N1/P1 gewoonweg slecht. Een heel opvallende in dit rijtje is Buddleja. We nemen vaak aan dat een plant als Buddleja, die zeer attractief is voor vlinders, ook goed is voor bijen. Nou, dat valt behoorlijk tegen. De bekendste soort, B. davidii, scoort een 2 voor nectar en een 0 voor pollen. Andere soorten doen het niet veel beter. Alle soorten scoren P0 en alleen de twijfelachtig winterharde B. globosa scoort een 5 voor nectarwaarde. Van de winterharde vlinderstruiken scoren alleen B. alternifolia en B. × weyeriana nog een 3 voor nectarwaarde. De eerder in dit artikel genoemde Amelanchier lamarckii is weliswaar een goede boom voor vogels, maar voor bijen is hij maar matig (N2/P2).
Terug naar de goede nectar- en pollenplanten. Berberis en de verwante Mahonia zijn planten met prima nectar- en pollenwaardes. Dat deze planten een grote gebruikswaarde in de openbare ruimte hebben, is dus een extra voordeel. Eveneens een grote sier- en gebruikswaarde én een hoge nectar- en pollenwaarde heeft Callicarpa. In het late voorjaar genieten bijen van de bloei; in het najaar genieten mensen van de prachtige paarse of witte vruchten. Niet vanwege de vruchten, maar juist vanwege de bloei in het najaar zijn de diverse Ceanothus-soorten en -cultivars aan te bevelen. De nectarwaarde van deze planten is N4/N5, de pollenwaarde is daarentegen 0. Precies andersom is het bij brem. De nectarwaarde van de vele Cytisus scoparius-cultivars is 0, maar de pollenwaarde is met P5 hoog. Genista is wat dat betreft niet aan te bevelen.


Ook bij de groenblijvende heesters zijn er prima drachtplanten

<i>Buddleja weyeriana</i> 'Sungold'
Buddleja weyeriana 'Sungold'
Van de vele bloeiende heesters die grootschalig worden toegepast in plantvakken of als vulheester, is er een aantal met een hoge nectar- en pollenwaarde (N4-N5/P4-P5): Deutzia, Diervilla, Hydrangea paniculata (N3/P3), Ligustrum ovalifolium en L. vulgare, Lonicera nitida, Photinia villosa, Potentilla fruticosa (N3/P3) en Weigela (N3/P3).
Van de iets minder sexy bloeiende heesters zijn vooral Frangula alnus en Symphoricarpos aan te bevelen, beide met N5/P5.


Ook bij de groenblijvende heesters zijn er prima drachtplanten. De veelbesproken en -geplaagde Buxus sempervirens is met N5/P5 een uitstekende bijenplant. Daar staat tegenover dat Ilex crenata, tegenwoordig vaak als vervanger van Buxus gebruikt, slechts N1/P1 scoort. De gewone I. aquifolium, een inheemse plant, scoort wel weer N5/P5. Verder scoren alle Elaeagnus-soorten en -cultivars hoog, evenals Hedera helix. Uiteraard gaat het bij Hedera alleen om de volwassen en dus bloeiende cultivars. Belangrijk hierbij is de late bloei in het jaar, waardoor bijen zich vlak voor de winter nog goed kunnen voeden. Als het in januari, februari en begin maart warm genoeg is, zullen bijen gaan vliegen. Juist dan is Sarcococca een prima drachtplant. En deze wintergroene planten zijn met hun zoet geurende bloemen ook zeer aangenaam voor mensen. Een win-winsituatie dus, en dat is natuurlijk het belangrijkste bij drachtplanten: dat zowel mensen als dieren er de vruchten van plukken!

Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Nynke Groendijk
Saturday 2 May 2020
In d3e eerste paar alinea's blijkt dat deze auteur zich nog wat meer moet verdiepen in de wereld van vlinders en bijen. Hommels horen degelijk tot de bijen. "Niet alleen 'bevliegen' bijen een breder sortiment planten en zorgen ze daarbij dat er meer verschillende bloemen worden bestoven; ze geven ook een zeer belangrijk product terug: honing." Met andere woorden, deze auteur kent slechts 1 soort bij in Nederland, de honingbij. De ongeveer 358 soorten wilde bijen (inc. hommels) die ons land rijk is, worden voor het gemak niet meegenomen. Ook deze wilde bijen zijn zeer belangrijk voor de bestuiving in Nederland, afhankelijk van plant en/of gewas belangrijker dan honingbijen. Dus graag eerst terdege verdieping in de materie, voordat er uitspraken worden gedaan. Bestudeer bv. eens artiekelen van Pieter van Breugel en/of Arie Koster. Deze personen zijn de experts op het gebied van wilde bijen in Nederland.

download artikel

Tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
AGENDA
Foire de Libramont
zondag 28 juli 2024
t/m woensdag 31 juli 2024
PlantariumGroen-Direkt Najaarseditie 2024
woensdag 21 augustus 2024
t/m donderdag 22 augustus 2024
Groentechniek Holland 2024
woensdag 11 september 2024
t/m zaterdag 14 september 2024
Future Green City 2024 in Utrecht
maandag 23 september 2024
t/m donderdag 26 september 2024
Vakbeurs Openbare Ruimte 2024
woensdag 25 september 2024
t/m donderdag 26 september 2024

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER