De Groene Buurvrouw: kleine projecten, grote impact |
|
|
|
|
 |
| 193 sec |
Groene steden dragen bij aan het opvangen van de effecten van klimaatverandering en het herstellen van de biodiversiteit. Maar hoe draag je als bewoner je steentje bij aan het vergroenen van je stad? Veel burgers hebben geen idee waar ze moeten beginnen. Dit is de ervaring van Carlijn Krielaars, in Den Bosch beter bekend als De Groene Buurvrouw. Deze minituinhovenier, zoals ze zichzelf noemt, bracht onlangs haar eerste boek uit, met tips voor burgers om aan de slag te gaan met het vergroenen van hun eigen leefomgeving: van balkonieren tot geveltuin en van boomspiegel tot steeg.
| Carlijn Krielaars, in Den Bosch beter bekend als De Groene Buurvrouw. Foto: Sandra Peerenboom |
Waar komt je ambitie als mintuinhovenier vandaan? En wat doet een mintuinhovenier eigenlijk?
'In het dagelijks leven ben ik werkzaam als operatieassistent. Dat mooie beroep wilde ik graag combineren met werkzaamheden in een andere branche. Al sinds jaar en dag ben ik gek op tuinieren en ik heb me ook serieus in dit vak verdiept. Ik wilde echter geen standaard hovenier worden, omdat ik dit beroep toch een beetje associeer met het aanleggen van bestratingen en overkappingen. Ik wilde puur en alleen met planten bezig zijn. Dus ik dacht, ik ga klein beginnen. Dan kan ik ook in mijn eentje mijn eigen onderneming runnen en heb ik geen extra personeel nodig.'
En waarom past deze onderneming zo goed in een stedelijke omgeving?
'Als je in de binnenstad van Den Bosch om je heen kijkt, zie je dat er weinig ruimte is voor grote tuinen. Wat je makkelijker kunt doen, is het creëren van geveltuintjes, boomspiegeltuintjes en kleine onttegelprojecten. Zo is mijn eigen balkon in de loop ter tijd echt een minituin geworden. Mensen weten echter vaak niet waar ze moeten beginnen of hebben geen groene vingers. Omdat je voor dit soort projecten niet direct denkt aan het inschakelen van een hovenier, komen mensen bij mij uit voor ondersteuning. Ook in bestaande tuinen zet ik de puntjes op de i, bijvoorbeeld door te helpen met de beplanting op lastige plekken in de tuin. Mijn werk bestaat uit kleine projecten die een grote impact hebben.'
Is het voor jou niet lastig om twee banen te combineren?
'Nee, het zorgt juist voor een goede balans. Ik vind beide banen heel leuk; die bij het ziekenhuis zou ik nooit willen opgeven. Ik werk vier dagen op de OK; de overige drie dagen in de week ben ik bezig als minihovenier. Het wordt overigens wel steeds drukker met De Groene Buurvrouw, dus ik overweeg een dag minder per week te opereren. Als het ene vergroeningsproject klaar is, dient het volgende zich alweer aan. Onlangs heb ik bijvoorbeeld een bloemenweide aangelegd vlak bij mijn huis, door eerst een stuk gras van de gemeente te adopteren dat intensief gemaaid werd. Zo ben ik het hele jaar door wel bezig met projecten.'
 | | Foto: Sandra Peerenboom |
|
|
Is het in Den Bosch makkelijk om dit soort groene projecten van de grond te krijgen?
'Niet altijd, omdat je te maken hebt met veel verschillende belangen. In het winkelcentrum, waar nog veel slagen te maken zijn, is men bijvoorbeeld bang dat aangelegde geveltuinen verloren gaan door vandalisme. Dat is jammer, omdat de binnenstad veel koeler kan worden als je stenen wipt. Toch zijn er veel mogelijkheden voor groepen mensen die een stuk gemeentegrond willen adopteren om er vervolgens bijvoorbeeld een gezamenlijke moestuin op te maken. Als je een goed idee hebt, kun je wijk- en dorpsbudget aanvragen bij de gemeente, waarbij een belangrijke voorwaarde is dat je het onderhoud hierin meeneemt. En creativiteit is er meer dan voldoende aanwezig in een stad. Mensen met verschillende expertises wonen vaak vlak bij elkaar in dezelfde wijk. Als de krachten worden gebundeld, kunnen er heel toffe dingen tot stand gebracht worden.'
Wat heeft je doen besluiten een 188 pagina's dik boek over je werkzaamheden te schrijven?
'Ik ben nu vier jaar bezig als minituinhovenier en merkte dat de behoefte aan kennis over tuinieren in de stad groot is. Daarom heb ik de belangrijkste tips en tools betreffende mijn missie gebundeld in een boek. Daaraan heb ik ook mijn ecologische overtuiging gekoppeld. Als je een tuintje maakt, zorg er dan ook voor dat insecten en vogels hiervan profiteren. Dat doe je natuurlijk niet door plantenbakken met geraniums op te hangen. Ik probeer altijd een mix te maken van tuinplanten en inheemse planten. Veel bijen en andere bestuivers hebben inheemse planten nodig voor hun voortbestaan. Mensen zijn echter niet meer gewend aan een wat wildere uitstraling van hun tuin. Door bijvoorbeeld een salvia naast een helderblauwe korenbloem te zetten, wil ik laten zien dat inheems heel mooi kan zijn in geveltuinen en op balkons. Tegelijkertijd wijs ik mensen dan op het belang van inheemse planten.'
Kun je nog een paar andere belangrijke tips noemen die in je boek staan?
'Wees niet bang om een kleine tuin op te zetten. Al wip je slechts één tegel, het effect is groot. En denk ook eens aan eetbare planten in je achtertuin of op je balkon. Ik heb al veel leuke reacties op het boek gekregen, van mensen die nu naar eigen zeggen goede handvatten hebben om met de vergroening van hun leefomgeving aan de slag te gaan. Van de feedback van mijn klanten word ik sowieso blij. Dat ze merken dat hun minituin, die het hele jaar door groeit en bloeit, een gelukkig gevoel oplevert. Ik zie nog teveel mensen hun tuin vullen met alleen tegels en een hottub. Daar gaat mijn hart van bloeden. Ik denk dat het goed zou zijn als de overheid de maatregel zou opleggen dat we slechts een bepaald percentage van een tuin mogen verharden. Daarnaast moet schoon en gifvrij werken de norm worden. Tuincentra staan nog steeds vol met planten die stijf van staan van de groeiremmers, antischimmelproducten en pesticiden. Dat moet echt stoppen. De natuur lost veel problemen uiteindelijk zelf wel op; we moeten niet altijd gaan voor de quick fix.'
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
