| |||||||||||||
Algemene Waterschapspartij moet knokken om zich in de kijker te spelen 'Het probleem van de waterschappen is dat bestuurders het teveel met elkaar eens zijn.' Dat zegt Ron van Megen, voorzitter van de Algemene Waterschapspartij (AWP). Waterschapspolitiek kent weinig spraakmakende twistpunten. De AWP-voorzitter roept de waterschappen daarom op om meer debat te faciliteren. 'Laat de partijen hun visie op waterbeleid meer etaleren. Zoek op waar het schuurt. Geef de kiezer iets om voor te kiezen.'
Kandidaten voor bestuursfuncties bij de waterschappen liften erg mee op het politieke sentiment in het land. Ten onrechte, vindt Van Megen. 'Het gaat om heel andere zaken dan dividendbelasting of migratiebeleid. Linkse en rechtse dijken bestaan niet. Kiezers moeten ervan doordrongen worden dat ze voor waterbeleid andere keuzes hebben.' In maart gaan de kiezers naar de stembus voor de Provinciale Statenverkiezingen. Op het stembureau krijgen ze twee stemformulieren. Wat ze met het eerste formulier willen, dat voor de Provinciale Staten, weten de meeste kiezers dan wel. Het tweede formulier daarentegen, dat voor het bestuur van hun waterschap, wordt vaak gedachteloos ingevuld. De meeste kiezers stemmen blind op de vertegenwoordiger van dezelfde partij die ze ook voor de Provinciale Staten hebben gekozen. Profileren'Dat moet anders', vindt Van Megen. Hij vindt dat de belangrijke waterschapsthema's aan de laatste mem hangen. De AWP-voorman merkt op dat zelfs provinciale thema's bij de Provinciale Statenverkiezingen nauwelijks publieke aandacht krijgen. 'Het belang van politiek Den Haag bij de Eerste Kamer voert de boventoon. Waterschapsthema's komen al helemaal niet aan de orde. De kandidaten voor de waterschapsbesturen moeten zich daarom veel meer profileren, vind ik. Laat zien waar je voor staat. Nu liften ze in de campagne mee op hun partijbureau. Ze gebruiken dezelfde posters met dezelfde slogans. De kiezer heeft geen idee wat hun visie op waterbeleid is.'Van Megen vindt dat er voor de waterschappen een taak is weggelegd om de dilemma's in waterbeheer voor het voetlicht van de media te brengen. Die stelling van de AWP-voorman roept de vraag op of dat niet veel meer de taak is van de bestuurskandidaten zelf. Die moeten immers zichzelf en hun visie op waterbeheer zien te verkopen aan de kiezer. 'Ja, zo zou het idealiter moeten zijn. Maar er is geen level playing field. De waterschapspartijen moeten veel harder knokken voor hun zetels dan de kandidaten van reguliere politieke partijen. Waterschapspartijen hebben bovendien nauwelijks campagnekas tot hun beschikking.' FinancieringDat laatste heeft te maken met het feit dat de Wet financiering politieke partijen geen voorzieningen kent voor waterschapspartijen. Landelijke partijen, met provinciale en gemeentelijke afdelingen, kunnen een beroep doen op ondersteuning vanuit de partijbureaus. Ze maken zo gebruik van campagnegeld dat door de overheid ter beschikking wordt gesteld. Hetzelfde geldt voor landelijke partijen die een fractie hebben in een of meer waterschappen.Ook kunnen de waterschapspartijen niet gebruikmaken van de zendtijd voor politieke partijen. 'Het zou geweldig helpen als we wel van zo'n platform gebruik konden maken', zegt Van Megen daarover. In december kaartte de AWP-voorzitter dit onderwerp aan bij minister Slob van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. 'We gaan daar nog over in conclaaf met de minister. Maar voor de verkiezingen in maart gaat het niet meer lukken om zendtijd te krijgen voor ons verhaal, vrees ik.'
InhoudEn dus stuurt de AWP persbericht op persbericht de wereld in om belangrijke waterthema's onder de aandacht te brengen. Waterschapspartijen moeten zich volgens de AWP-voorman veel meer op inhoud profileren in de verkiezingscampagne dan hun tegenkandidaten van reguliere partijen. Ze moeten namelijk bewuste kiezers en zwevende kiezers over de streep trekken. Elke stem moet met argumenten en visie moeizaam geoogst worden.De bewuste kiezers hebben vaak een persoonlijk belang bij of een bijzondere interesse in waterbeheer. De tweede en grootste kiezersgroep waarvan de waterschapspartijen het moeten hebben, zijn zwevende kiezers. 'Die komen veelal van partijen die wel aan de Provinciale Statenverkiezing meedoen, maar geen kandidaten leveren voor de waterschappen. Het zijn deze kiezers die moeten nadenken over wat ze doen met het tweede stemformulier. Ze kunnen immers niet gemakshalve een kruisje zetten bij een kandidaat die wordt geleverd door de partij die ze voor de Provinciale Staten hebben gekozen. Die kiezers moeten wij met een heldere visie zien te overtuigen van onze deskundigheid.' Tekst loopt door onder afbeelding
VerkiezingsstrijdDe AWP-voorman schetst een ongelijke verkiezingsstrijd, waarin waterschapspartijen enerzijds harder moeten knokken voor hun zetels en anderzijds met minder campagnebudget toe moeten. 'Gemeten aan het aantal zetels in de 21 Nederlandse waterschapsbesturen zijn wij de vijfde partij. We zijn dus niet de geringste. Toch moeten we het helemaal hebben van de bijdragen van onze leden. We hebben de afgelopen vier jaar 27.000 euro gespaard voor deze verkiezingscampagne. Daar moeten we alles van doen. De kandidaten van de reguliere politieke partijen hebben een beduidend grotere oorlogskas.'Daarom vindt Van Megen dat de waterschappen veel meer debat moeten faciliteren rondom waterthema's. 'Ze zouden in hun eigen regio publieke debatten kunnen organiseren over thema's die lokaal spelen. Dat is goed voor de betrokkenheid van burgers bij het waterschap en je haalt er de krant mee.'
NichesDat laatste lukt de AWP in aanloop naar de verkiezingen trouwens heel aardig. Vooral lokale thema's doen het goed, merkt Van Megen. 'We bereiken steeds niches van onze doelgroep met thema's die hen heel specifiek aanspreken. Denk bijvoorbeeld aan natuurbeheer of de bijenstand. Er zijn mensen die zich erg betrokken voelen bij dat soort thema's.'Verder heeft de AWP veel publiciteit weten te genereren rondom de scheefgroei in de lastenverdeling binnen de waterschapsbelastingen. Uit eigen onderzoek is gebleken dat de huishoudens veruit het grootste deel van de belastingpenningen ophoesten. Boeren en bedrijven brengen gemiddeld slechts 20 procent van de watersysteemheffing bij elkaar. Dat is een landelijke trend, zo blijkt uit het AWP-onderzoek. Met dat rekenwerk heeft de AWP-voorman veel krantenkoppen gehaald. RegionaalOok een persbericht over de kwetsbaarheid van het Nederlandse stelsel van waterwerken heeft de belangstelling van de pers gewekt. 'Maar ook hier merkten we dat vooral regionale media dat nieuws oppikken. In Rotterdam, waar we de veiligheid van de Maeslantkering ter discussie hebben gesteld, en in Utrecht en Gelderland, waar de Grebbedijk een belangrijk aandachtspunt is. Maar de landelijke nieuwsmedia hebben waterschapsthema's nog niet echt ontdekt. De NRC of de Volkskrant halen we niet met dit nieuws.'Dat betekent niet dat de waterschapspartijen geen belangrijke landelijke thema's op hun politieke agenda hebben staan. Zo vindt Van Megen bijvoorbeeld dat Den Haag veel te veel de focus legt op het klimaatakkoord van Parijs. 'Terugdringen van de CO2-uitstoot is belangrijk. Dat vinden wij ook. Maar waterveiligheid is door de verwachte zeespiegelstijging een veel urgenter thema in Nederland. Als we niet snel met een nieuw masterplan voor waterveiligheid komen, een nieuw Deltaplan eigenlijk, stevenen we af op watersnoden. Dat soort calamiteiten moeten we voorkomen. Daar moet nu al onze aandacht naartoe.' KlimaatadaptatieTot dusver toont Den Haag echter nog weinig initiatief om adequaat te anticiperen op de verwachte zeespiegelstijging. Gemeenten doen dat beter, vindt Van Megen: 'Vrijwel alle gemeenten zijn bezig met klimaatadaptatie. Maar de grote waterwerken die ons land droog moeten houden, worden nauwelijks aangepast aan de nieuwe situatie. Den Haag wil de Maeskantkering pas in 2070 vervangen. Dat is veel te laat. Dan is de zeespiegel al een meter gestegen, zo is de verwachting.'Bij de waterschappen leeft die urgentie wel, maar het ontbreekt de bestuurders aan deskundigheid. Een gevolg van de democratiseringsslag van de afgelopen decennia, vindt Van Megen. Veel waterschapsbestuurders zijn oud-wethouders of gemeenteraadsleden die na de laatste verkiezingen niet terug zijn gekomen. 'Bij politieke partijen is het vaak gebruikelijk om dat soort belangrijke personen na hun ambtsperiode te belonen met een plaats op de kandidatenlijst voor de waterschapsverkiezingen. Het zijn goede mensen. Begrijp me niet verkeerd. Vooral bestuurlijk zijn ze bekwaam. Maar het zijn geen materiedeskundigen. We zijn door de entree van politieke partijen in 2008 veel deskundigheid kwijtgeraakt en het duurt even voordat een nieuwe bestuurder zo goed is ingevoerd in de wereld van het waterbeheer dat die goed afgewogen beslissingen kan nemen. Tijdens de laatste verkiezingen hoorde ik een bestuurskandidaat verkondigen dat de waterschappen voor schoon drinkwater zorgen. Tja, dan heb je nog een hele weg te gaan voor je echt op inhoud kunt meedenken en -beslissen.' BelangenToch is de AWP-voorzitter niet sceptisch over de vernieuwingen binnen de waterschappen. Hij vindt democratisering een goede zaak. Burgers mogen, wat hem betreft, wel beter gehoord worden bij de waterschappen. 'Aan de scheefgroei in de waterschapsheffingen zie je goed welke belangen het best vertegenwoordigd zijn. Huishoudens dragen de zwaarste lasten. Boeren en bedrijven zitten voor een dubbeltje op de eerste rang.'
Klein bierMaar een grote ommekeer ligt nog niet in de lijn der verwachtingen. Het probleem is, volgens Van Megen, dat de burger waterschapsheffingen 'klein bier' vindt. 'De kiezer ligt nauwelijks wakker van een paar euro waterschapsbelasting meer of minder', denkt Van Megen. 'Die ligt eerder wakker van de fors stijgende gasrekening de komende jaren.'Voor veel gekrakeel zorgen de waterschappen ook al niet. Het wil maar niet vlammen in de bestuurskamers. Waterschappen zijn niet ingericht als traditionele politieke organen, met een coalitie en een echte oppositie. Bestuurders zijn bovendien vaak veel te trots op hun waterschap. 'Het ontbreekt bestuursleden vaak aan kritiek op het algemeen bestuur. Dat is jammer, want het algemeen bestuur moet immers toezicht houden op het dagelijks bestuur. Er is teveel consensus. De afstand ontbreekt.' Dat weet de AWP-voorzitter ook uit eigen ervaring. Van Megen zit namens de AWP in het algemeen bestuur van waterschap Vallei en Veluwe in de provincies Utrecht, Gelderland en een klein stukje Overijssel. 'We werken goed samen, maar een stevig debat voeren we eigenlijk nooit. Daarvoor moeten er eerst dijken doorbreken.'
Tip de redactie |
|