Marjan Ketner en Feline Verbrugge,
maandag 29 maart 2021 |
|
| 229 sec |
Hoe we natuur in de stad kunnen brengen
De stad en de natuur zijn steeds meer met elkaar verbonden. Plaatsen waar de natuur zijn gang kan gaan, zijn belangrijk voor de leefbaarheid van de stad. Voor de mensen die er wonen én voor diverse dier- en plantensoorten die hier inmiddels een beter leefgebied hebben gevonden dan in het omliggende buitengebied. Terwijl in het agrarisch gebied de soortenrijkdom afneemt door intensivering en het gebruik van bestrijdingsmiddelen, biedt het stedelijk gebied ruimte aan nieuwe ecosystemen en opvallend veel biodiversiteit. Stadsparken, volkstuinen, buurttuinen, daktuinen en geveltuinen maken als 'steppingstones' voor dieren en planten deel uit van een groter netwerk van ecologische verbindingen.
|
Ecosysteem van de stad
In de stad is de kans groot dat leefgebieden van planten en dieren klein en geïsoleerd zijn. Om zoveel mogelijk te profiteren van de ruimte die de stad kan bieden aan flora en fauna, is het belangrijk dat al deze verschillende vormen van natuur in de stad zoveel mogelijk met elkaar verbonden zijn. Hierdoor kan er uitwisseling plaatsvinden en kan een veerkrachtig en levendig evenwicht ontstaan.
Ecologische verbindingen in de stad volgen vaak de lijnen van water-, spoor- en wegverbindingen en verbinden zo de stad met het buitengebied. Dit zijn de begroeide kades en oevers, de kruidenrijke bermen en taluds langs wegen of treinsporen, de half-braakliggende gronden onder bruggen en viaducten, de haven- en industriegebieden. De natuur kan er zijn gang gaan, omdat mensen er weinig te zoeken hebben. Ze vormen driedimensionale snelwegen voor zaden, insecten, vogels en vleermuizen.
|
In de stad is de kans groot dat leefgebieden van planten en dieren klein en geïsoleerd zijn
| |
|
| Feline Verbrugge |
|
|
Dynamiek van de stad
De dynamiek van de steeds veranderende stad biedt kansen om dit netwerk te versterken. Dit kan door ruimte te creëren voor natuurlijke ontwikkeling, spontaan of gestructureerd, waarmee verder wordt gebouwd aan het natuurlijke systeem van de stad én plaats wordt geboden aan verschillende functies waar stadsbewoners behoefte aan hebben. Het netwerk van stadsnatuur verbetert uiteindelijk het leefklimaat voor alle inwoners: het zorgt voor een gezonder stadsklimaat doordat groen (fijn)stof afvangt, het zorgt voor schone lucht en het zorgt voor verkoeling op hete dagen.
Verschillende niveaus
Om een robuust netwerk van stadsnatuur in de stad te realiseren, is het belangrijk om op verschillende schaalniveaus naar de stad te kijken. Op kleinere schaal, gericht op de kwaliteit en mate van biodiversiteit in parken en tuinen, en op grote schaal, naar het functioneren van stedelijke groene verbindingen intern en met het buitengebied. De relatie met de grotere groene omgeving is essentieel voor een gezonde en blijvende uitwisseling van soorten. Dit kan bereikt worden als planologen, landschapsontwerpers en beheerders voorwaarden creëren voor spontane natuur. Door ruimte te geven aan de natuur, door plaatsen aan te wijzen waar de natuur zijn gang mag gaan. Door afwisseling in verschillende vormen van groen, door ecologisch beheer, maar ook door de afwisseling van functies die in die groene ruimtes plaats kunnen vinden. Zo kan positief worden bijgedragen aan de algehele beleving van de stad.
|
Maar als spontane natuur écht de ruimte krijgt, wordt iedereen daar beter van
| |
|
| Natuureiland Hofvijver (foto: Nanda Sluijsmans) |
|
|
Voorbeelden van stadsnatuur
Er zijn drie manieren om ervoor te zorgen dat natuurontwikkeling voldoende kansen krijgt in de stad. Ten eerste kan er meer biodiversiteit toegevoegd worden aan de groene ruimtes die er al zijn. In veel wijken, zeker wijken die na de oorlog zijn gebouwd, is er wel groen, maar dat is vaak eentonig en van lage kwaliteit. Vaak is het kijkgroen, kale grasveldjes met weinig toegevoegde waarde voor de natuur. Deze zijn heel makkelijk om te vormen. Een leuk voorbeeld is het Poptahof in Delft. Daar is bij de herinrichting van de wijk het water als leidraad genomen om de wijk diverser en rijker in te richten. Onder andere het buurtinitiatief Moe's Tuin, waarbij een kaal grasveld omgevormd werd tot een moestuin voor de hele buurt, draagt bij aan meer biodiversiteit en meer natuurwaarde in de wijk. Daarnaast komt dit project ook ten goede aan de sociale cohesie in de buurt.
Als tweede mogelijkheid kan er op een gestructureerde manier ruimte worden geboden aan de natuur. Daarbij kan de natuur binnen duidelijk aangegeven kaders zijn gang gaan. Een mooi voorbeeld is het Hofvijvereiland in Den Haag. De grenzen van het eiland bepalen tot waar de verwildering plaats kan vinden. Dit biedt een prachtig contrast met de rest van de stad. De Oostenrijkse kunstenaar Lois Weinberger heeft zich toegespitst op het werken met 'tweederangsnatuur', zoals hij het zelf noemt. Weinberger geeft wilde planten een centrale rol in zijn werk door stukjes natuur te 'bevrijden'. Dit doet hij door er een omheining rond te plaatsen, waarbinnen de natuur vrij zijn gang mag gaan. Deze collectie, Wild Cube genaamd, is een lofzang op het ongetemde van onkruid en de vrijheid van de natuur, en staat in groot contrast met de traditionele kijk op het almaar willen beheersen van de natuur.
| Wild Cube in Graz door Lois Weinberger |
|
|
Tot slot kan er gezorgd worden voor ideale omstandigheden, zodat spontane natuur er zijn plek en weg kan vinden. Nu al gebeurt dit voortdurend. Denk bijvoorbeeld aan oude stadsmuren of kades waar varens en kruiden op groeien. Deze gunstige omstandigheden kunnen ook bewust worden ontworpen. Zo zijn de toekomstige ontwikkelingen voor de Nieuwe Mark in Breda volledig natuurinclusief ontworpen, waarbij natuur een integraal onderdeel is van het geheel aan nieuwe functies. De kademuren worden namelijk voorzien van speciale stenen die iets uitsteken, zodat planten er makkelijker spontaan kunnen groeien.
| Botanisch stoepkrijten (foto: Elvira Werkman) |
|
|
Bewustwording
Steeds meer mensen krijgen oog voor de natuur in de stad. Het vraagt wel een andere manier van kijken. Het is dus belangrijk om mensen voldoende te informeren over de keuzes die er worden gemaakt, bijvoorbeeld in het beheer, en de kansen die ermee worden geboden.
Via de media en door middel van educatie kan de bewustwording van mensen van hun natuurlijke omgeving worden vergroot. Dit kan al op heel kleine schaal plaatsvinden. Zo ontstond het afgelopen jaar de trend van het 'botanisch stoepkrijten', waarbij mensen de (on)kruiden tussen stoeptegels benoemen met hun botanische naam. Dit zorgt voor meer bewustwording en hopelijk meer begrip voor spontane natuur. Ook op kleine schaal speelt het concept van tiny forests, een initiatief van IVN Natuureducatie. Dit zijn dichtbegroeide bosjes van minimaal 200 m2 met inheemse bomen en struiken. Daarmee zijn ze ook een prettige plek voor vlinders, vogels, bijen en kleine zoogdieren. Tegelijk bieden ze een groene natuurplek voor buurtbewoners en kinderen. IVN richt zich nadrukkelijk op samenwerking met scholen. Zij helpen bij de aanplant en het onderhoud van de minibosjes en leren zo op een praktische manier over de Nederlandse natuur. De bedoeling is dat ze na de aanplant op een natuurlijke manier mogen verwilderen. Door deze tiny forests aan te planten met buurtbewoners of kinderen en hen te betrekken bij het groeiproces van het bos, worden mensen bewust gemaakt van de natuur, een begrip als successie en de werking van het ecosysteem.
Om de natuur echt een kans te geven, is wel een verandering van mindset vereist. We moeten langzaam wennen aan en oog krijgen voor wilde natuur in de stad.
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
|
Iedereen kan gratis kleine advertenties plaatsen via zijn eigen account.
|
|
|
|
| |
Sima 2024
|
zondag 24 november 2024 t/m woensdag 27 november 2024 |
|
|
|
|
|
|
|