Whatsapp Facebook X LinkedIn Instagram RSS feed

BOSS: bewegen, ontmoeten, spelen en sporten

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Johan Oost, OBB Speelruimtespecialisten, woensdag 8 december 2021
274 sec


Gemeenten kunnen BOSS mogelijk maken, samen met de inwoners!

De openbare ruimte wordt het meest gebruikt door kinderen, jeugdigen en jongeren. Tenminste, als je het functionele gebruik weghaalt, zoals zo snel mogelijk met de auto door de straat naar huis scheuren en verplicht een rondje maken met de hond. Maar de openbare ruimte is er ook om heerlijk buiten uit te razen, met elkaar spelletjes te spelen, in bomen te klimmen of eindeloos over straten en door bosjes op ontdekkingstocht te gaan, samen met een groep vrienden te voetballen op straat, naar de speeltuin te gaan, na te praten over de docenten op school, of juist even rustig bijkomen in je eentje. De openbare ruimte is er om op woensdagmiddag hutten te bouwen in het groen, kantje te butsen of misschien met een groepje 'gevaarlijke' dingen te doen die maar net goed gaan. Of gewoonweg met je maten ergens 'hangen'. Dat hangen is een zeer belangrijke sociale activiteit, veel socialer dan bijvoorbeeld met zijn tweeën naast elkaar op de bank televisiekijken.


Kantelpunt

Zonder het te weten, ontdekten we vroeger zo het samen spelen, het afspreken van regels en het samenwerken. We leerden niet alleen risico's inschatten, maar verkenden en verlegden ook onze grenzen. Onze fantasie werd geprikkeld en er werden vriendschappen voor het leven gesloten.
Als we ouder worden, gebruiken we die geleerde vaardigheden en vrijheden in ons leven en onze carrière. Om daar meer over te lezen, is het boek Play van Stuart Brown een aanrader. Het is jammer dat we vergeten hoe mooi het in onze eigen buurt kan zijn als we eenmaal huisje-boompje-beestje wonen. De laatste jaren - zeker sinds de corona - zijn de eerste tekenen te zien dat de situatie begint te kantelen. Steeds meer wordt er gewandeld, zijn er groepjes die samen hardlopen of bootcampen en zetten bewoners zich in voor buurtontmoetingsplekken. En laten we die andere groep niet vergeten: de senioren die vanuit hun woon-zorgcentra een wandelingetje maken naar de supermarkt of een ander punt dat de moeite waard is om naartoe te gaan. En grappig genoeg is de succesfactor van dergelijke punten dezelfde als voor speelplekken, namelijk de aanwezigheid van andere mensen.


Multifunctioneel

Gemeenten moeten hun openbare ruimte dus beschikbaar maken en uitnodigend laten zijn om buiten samen op ontdekkingstocht te gaan. Dit begint al bij de voordeur: informele BOSS-ruimten, zoals stoepen, pleintjes, bankjes, grasveldjes en groen, die in samenhang met de formele speel- en sportplekken een netwerk bieden van routes en plaatsen waar mensen elkaar kunnen ontmoeten, zich veilig voelen en plezier beleven. We willen een inrichting die past bij alle ontwikkelingsfasen van opgroeiende kinderen, jongeren, volwassenen en senioren in een buurt. Multifunctionaliteit in inrichting is nodig om invulling te geven aan ambities op het gebied van ontmoeting en bewegen voor alle doelgroepen, onafhankelijk van hun eventuele beperkingen.
Daarom moeten gemeenten inspanningen leveren door het aanhaken bij jongerenwerk, seniorenverenigingen, organisaties die zich inzetten tegen eenzaamheid, maar ook speeltuinen, multifunctionele centra, schoolpleinen, sportparken en sportverenigingen, gehandicaptenverenigingen, fysiotherapeuten enzovoort. Door dergelijke organisaties alleen al op de hoogte te stellen van de mogelijkheden die de gemeente realiseert op de openbare speel- en sportplekken en eventuele beweegroutes, kan er veel meer verbinding en samenwerking ontstaan en kunnen er meer initiatieven in de buitenruimte ontplooid worden.
Multifunctionaliteit kan ook zijn: inrichten voor BOSS met oog voor klimaatadaptatie, biodiversiteit en circulariteit.


Meedenken

Een eerlijke verdeling over doelgroepen en kernen moet hierbij wel geborgd worden, door in samenhang met de ruimtelijke opbouw en bevolkingsontwikkeling heldere uitgangspunten te hanteren. Zo ziet iedere wijk, buurt of kern de kansen vertaald voor de ontwikkelingsrichtingen. Wat goed kan werken, is het schetsen van actiekaarten met een hoofdstructuur (basisvoorzieningenniveau) en een nevenstructuur (aanvullende speelruimte). Samen vormen ze een netwerk van BOSS-plekken op buurtniveau.
Bewoners kunnen via een enquête meedenken op verschillende niveaus, op hoofdlijnen en/of details, over het realiseren van diverse zaken. Dit betekent dus het gebruik door de eigenaren van de ondergrond (de inwoners), maar binnen kaders die de beheerder van de ondergrond (de gemeente) vaststelt. De kaders hebben tot doel dat er BOSS-ruimte gerealiseerd wordt voor álle inwoners, van jong tot oud, van vergadertijgers tot minder spraakzame burgers, met en zonder stemrecht.


Hoofdstructuur

'Samen' is de grootste succesfactor voor BOSS. Het ontmoeten van anderen zorgt voor meer gebruik en langere speeltijd. Niet alleen kinderen, maar ook ouders en grootouders ontmoeten elkaar op de speelplek of in het bootcamppark. Spelen en sporten in de openbare ruimte zou een vast onderdeel moeten zijn van dorpsagenda's, de Omgevingswet, maar ook van reconstructies, meerjarenonderhoudsplanningen, van LIOR's en HIOR's en van grote infrastructurele projecten zoals het vernieuwen van groen, straten, riolen en waterpartijen.
De gemeente kan daarbij twee sporen hanteren. In het eerste spoor zal de gemeente zorgdragen voor een degelijke hoofdstructuur. Iedereen heeft recht op een mooie plek op een bereikbare afstand. Daarbij kan wat OBB betreft gerust uitgegaan worden van de duizenden inspraakreacties waaruit blijkt dat vijf minuten onderweg zijn geen probleem is. Afhankelijk van de schaalgrootte van de gemeente hebben we het dan over wijk-, kern- en buurtplekken die er echt toe doen, die de moeite waard zijn om naartoe te gaan, waar je iedere keer weer iets nieuws kunt beleven, waar je als 10-plusser niet afgescheept wordt met een combinatietoestel van 150 cm hoog, omdat er dan geen valdempende ondergrond nodig is. Daar is ruimte voor ouders en grootouders om elkaar te ontmoeten en/of mee te doen. Ongeacht de situatie blijven dergelijke plekken bestaan, zodat er ook als er een tijdje minder kinderen in de wijk wonen toch een centrale buurtontmoetingsplek is om samen bezig te zijn met BOSS. De gemeente zal deze plekken veelal zelf onderhouden en vervangen, in samenspraak met de gebruikers en andere betrokkenen.


Steunplekken

Naast deze centrale plekken zijn er steunplekken nodig als de buurtplek niet volledig kan bieden wat nodig is voor de doelgroepen. Denk aan een extra speelplek of trapveld als de buurtplek decentraal ligt, te ver weg voor een bepaalde doelgroep of als de bevolkingsdichtheid hoog is. De gemeente zal deze plekken onderhouden en vervangen in samenspraak met de gebruikers en andere betrokkenen.
In de hoofdstructuur is ook ruimte voor jongeren. Deze doelgroep heeft evenveel recht op goede plekken voor BOSS. In dit stadium van hun leven hebben ze juist eigen plekken buitenshuis nodig! Voor hun fysieke en sociale ontwikkeling is dit van groot belang. Tolerantie ten opzichte van jongeren is van cruciaal belang voor verbinding tussen de generaties en een tolerante samenleving. Dit is de groep die straks moet zorgen voor de grijze golf van Nederland. Zo zal geaccepteerd moeten worden dat de opgroeiende jeugd in de wijk daar wil en mag voetballen. Deze groep hoort erbij. Het is ook belangrijk dat er enkele plekken iets verder van de woningen zijn. Deze plekken helpen om overlast in de buurt te beperken, omdat jongeren hiernaar verwezen kunnen worden tijdens de late uurtjes of als het wat te druk wordt.


Nevenstructuur

In het tweede spoor, nevenstructuur, faciliteert de gemeente inwoners die, aanvullend op de hoofdstructuur, op straatniveau mee invulling willen geven aan BOSS voor alle leeftijden. Hierbij kan de gemeente ondersteunen met kennis, inspiratie en onderhoud. Deze plekken zijn niet meteen nodig als basisvoorzieningen, maar zijn oorspronkelijk voor specifieke doelgroepen bedacht. In de loop van de tijd (bij afnemende kinderaantallen) is het niet nodig al deze plekken als speelplekken in stand te houden, zeker niet als er goede kern- en buurtplekken zijn. Daarom kan op het moment dat de toestellen 'op' zijn, gekeken worden of en hoe deze plekken kunnen bijdragen aan bewegen, ontmoeten, spelen en sporten op straatniveau.
Nu staat er een toestel, maar straks is wellicht een picknickbank of een appelboom meer gewenst, of een speciaal klanktoestel voor het kind op de hoek dat een visuele of mentale beperking heeft. Zo worden de straatplekken maatwerk voor de straat en de eigen sociale kring. De gemeente hoeft op deze straatplekken de eventueel aanwezige dure speeltoestellen niet meer te vervangen. Op het moment dat een toestel komt te vervallen, zijn er diverse keuzes te maken.
Straatplekken kunnen dus ook verschijnen op plaatsen waar nooit een speelplek is geweest. Dit worden plekken zonder speeltoestellen, maar wel met een functie voor BOSS. Ook speel- en beweegroutes vallen hieronder.


Samen

Samen betekent ook samen ontwerpen, zodat alle gebruikswensen in beeld komen. Daarbij staan kinderen, jeugd en jongeren als belangrijkste gebruikers centraal. Samen maken we plekken waar iedereen zich veilig en welkom voelt.


LOGIN   met je e-mailadres om te reageren.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
GREEN OUTLET
GEVRAAGD: Webdesign Hamburg
maandag 25 november 2024
AGENDA
Groene Sector Vakbeurs 2025
dinsdag 7 januari 2025
t/m donderdag 9 januari 2025
Agribex 2025
woensdag 3 december 2025
t/m zondag 7 december 2025

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
Green Industry Profile
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER