| |||||||||||||
Jef Bogers: 'Aan alle knoppen draaien' Jef Bogers is unitmanager groen van Weener XL. Hij prijst zich gelukkig dat zijn organisatie als integraal onderdeel van het sociaal domein van de gemeente Den Bosch aan alle knoppen kan draaien, zowel aan de knop van het budget als van het werk. Beide zijn essentieel voor een goed functionerende social enterprise.
Weener XL is eigenlijk het beste te omschrijven als één groot loket voor mensen die zelf niet in staat zijn om inkomen te genereren uit werk. Weener XL bestaat vervolgens uit een aantal clusters waarvan binnen enkelen de nadruk ligt op het beschikbaar maken van verschillende werkzaamheden. Bogers is manager van het grote bedrijfsonderdeel Groen en is daarnaast ook verantwoordelijk voor het cluster parkeerbeheer. Andere bedrijfsonderdelen waar werk centraal staat zijn post, een kringloopbedrijf en detacheringen. Voor dat laatste bedrijfsonderdeel geldt dat het grootste deel van de gedetacheerde Weener-medewerkers nooit of bijna nooit op de vestiging van Weener XL komen en ook minder verbinding hebben met het bedrijf. Deze mensen zijn overal in Den Bosch bij werkgevers aan de slag in allerlei functies. Bogers: 'Deze collega's komen eigenlijk nooit op het terrein van Weener XL en voelen zich meer verwant met de organisatie waar zij gedetacheerd zijn, bijvoorbeeld Heineken of een plaatselijke basisschool.' Afname instroom Ook in Den Bosch heeft de laatste jaren een afname van de instroom plaatsgevonden. De belangrijkste redenen hiervoor zijn een effectief proces om mensen uitkeringsonafhankelijk te maken en de heersende hoogconjunctuur, waardoor mensen relatief makkelijk aan een baan konden komen. Die afname werd enigszins gecompenseerd door de instroom van zogenaamde statushouders, asielzoekers met een verblijfsvergunning. Inmiddels is ook die instroom alweer afgenomen. Verder is de verwachting dat de coronacrisis een nieuwe toestroom zal veroorzaken, maar op dit moment ziet Bogers dat nog niet terug in de cijfers. De statushouders die twee, drie jaar geleden instroomden, beginnen nu overigens alweer uit te stromen. Bogers: 'Deze mensen hebben doorgaans als grootste handicap het taalprobleem. Als dat opgelost is, kunnen ze meestal doorstromen naar een regulier bedrijf, want aan arbeidsethos mankeert het niet bij deze groep van statushouders, die grotendeel uit Eritreeërs en Syriërs bestaat.' Bogers vertelt hoe die mensen op hun eerste dag bij Weener XL ongevraagd in de achterbak van een open bestelbus klimmen. Dat is de manier waarop dat in delen van Afrika gaat. Bogers: 'Dat is het dankbare van ons werk. Je kunt mensen echt helpen om naar ander werk te groeien.'
Diepere lagenVoor Weener XL betekent dit dat Bogers voor de instroom van nieuwe mensen vooral moet zoeken in - wat hij noemt - de diepere lagen van de bakken van de uitkeringsgerechtigden. Dan gaat het vaak om andere en veel ernstigere arbeidshandicaps dan een taalachterstand, om mensen die soms absoluut niet willen of niet kunnen werken. Bogers komt nog even terug op de taalachterstand. Zo'n achterstand wordt weleens gebagatelliseerd, maar kan heel ingewikkeld zijn. Mensen die in Syrië heel goede banen hadden, kunnen in Nederland zonder goede taalbeheersing niet in een regulier bedrijf functioneren. Zo zit onze arbeidsmarkt nu eenmaal in elkaar. Zij hebben soms een overbrugging nodig in een participatiebedrijf en stromen dan uit.Beschut Bogers gebruikt termen als 'beschut', voor mij als redacteur een nieuw begrip. Dat is het deel van de doelgroep van de Participatiewet waarbij je bijna een-op-een ondersteuning moet verlenen en veel begeleidingsbehoefte is. Voor de meeste voormalige sw-bedrijven is een dergelijke intensieve ondersteuning in het groenbedrijf onhaalbaar, omdat er in grotere teams wordt gewerkt. Bogers: 'Toch hebben wij een aantal van deze mensen in onze teams laten instromen. Als ik dat vertelde aan collega-managers van andere participatiebedrijven, keken ze me aan of ik gek was geworden: heb jij echt beschut werk? De afbreukkans is groot, maar door het goed combineren met de juiste mix van mensen en specifieke begeleiding gaat dit in gevallen prima. Toch hebben we ook afscheid moeten in het groenbedrijf nemen van mensen, omdat de werkzaamheden onvoldoende aan te passen zijn om hun specifieke behoeften.' Bijzondere combinatie De manier waarop Weener XL werkt, schijnt uniek te zijn in de participatiewereld. Volgens Bogers is dat de erfenis van een autorit van het toenmalige hoofd van de afdeling Arbeidsmarkt en Sociale Zaken, Leida Rasing, en de directeur van toen nog het sw-bedrijf, Sjoerd van het Erve. Beiden waren naar een congres of beurs geweest en kwamen tot de conclusie dat het samenvoegen van beide diensten veel voordelen zou hebben. Aan die autorit heeft Den Bosch dus de versmelting tussen de sociale dienst en het participatiebedrijf te danken. Voeg daaraan toe dat wethouder Huib van Olden graag bereidt was zich in te zetten voor deze verbetering van de dienstverlening in het sociaal domein en de grondslag van het succes is verklaard.
BegraafplaatsEen van de klussen die op het to-dolijstje van Weener XL staan, is het onderhoud van begraafplaats Groenendaal Orthen, een stedelijke begraafplaats die nog uit de negentiende eeuw stamt. Weener XL verzorgt hier het groenonderhoud, behalve het directe onderhoud aan de graven en het specialistische werk, zoals het onderhoud van de monumentale bomen. Bogers: 'Zo'n begraafplaats is natuurlijk ideaal voor ons werk; het is een prikkelarme omgeving en dat is belangrijk voor een groot deel van onze doelgroep, zeker ook in deze coronatijd.'We hebben de begraafplaats gekozen als fotoplek. Dat blijkt een terechte keuze; de begraafplaats ziet er top uit. Ook al geeft opdrachtgever en beheerder Henk Kooreman aan dat de werkdruk ten gevolge van de coronacrisis bovengemiddeld is. Door de uitbraak is het aantal ter aarde bestellingen de laatste weken bijna verdubbeld. De medewerkers van Weener zijn in een bos van prachtige volwassen vleugelnoten bezig de onderbeplanting vrij te maken van bramen. Gelukkig hebben ze ook even tijd om met ons te praten. Het belangrijkste gespreksonderwerp en de grootste zorg is - hoe kan het ook anders - corona. Beide Weener XL-collega's hebben duidelijk zorgen over hoe het nu allemaal moet en wat er van hen verwacht wordt. Ze vragen zich bijvoorbeeld ook af hoe het moet met regen. Als het hard gaat regenen, kunnen de medewerkers zich niet meer terugtrekken in de keet én de anderhalve meter afstand in acht nemen. Bogers legt geduldig uit dat daar al over wordt nagedacht en dat de mannen van hun directe chef instructies krijgen over dit onderwerp. Tijdelijke ondersteuning We krijgen een onverwacht inkijkje in het werk van Bogers en de praktijk van Weener als we teruglopen naar het hoofdkantoor. We lopen Emrah Imal tegen het lijf. Imal is voorman van het reinigingsteam van Weener XL, een club medewerkers die het centrum van Den Bosch schoonhoudt. Imal had tot voor kort werk als zelfstandig betonvlechter, maar kon dat niet meer volhouden vanwege lichamelijke ongemakken. Hij is - aldus Bogers - typisch iemand die tijdelijk wat ondersteuning van Weener XL nodig heeft, maar snel weer kan uitstromen naar een reguliere baan. Weener XL hanteert hiervoor het zogenaamde loonwaarderingsmodel, een model waarmee bepaald wordt in hoeverre iemand zonder arbeidshandicap kan functioneren en hoeveel aanvullende subsidie nodig is. Imal heeft weliswaar een arbeidshandicap opgedaan in het veel zwaardere werk van betonvlechten, maar die handicap is voor het werk bij Weener XL geen werkelijke belemmering. Emrah Imal vertelt hoe het is om bij Weener te werken. 'Dat is wel wennen, zeker als je net als ik uit het bedrijfsleven komt en altijd zelfstandig ondernemer ben geweest. Verder vind ik het vooral een uitdaging om met mijn team in de binnenstad van Den Bosch aan het werk te zijn en mijn mensen te motiveren.'
Tip de redactie |
|