'Maximale biodiversiteit, lagere omgevings- en binnentemperatuur en energiebesparing dankzij een daktuin' |
|
|
|
Karlijn Raats,
dinsdag 20 juli 2021 |
|
| 204 sec |
Meermaals bekroond project Basecamp Lyngby gaat op in omgeving
Zinco, systeemleverancier voor daktuininrichtingen, stond letterlijk aan de basis van de meermaals bekroonde daktuin in de Deense plaats Lyngby. Het dak buffert water in drainerende en waterbufferende elementen en een laag substraat. De beplanting draagt bij aan het tegengaan van hittestress.
Het project Basecamp Lyngby werd in 2019 aangelegd. Het is een daktuin op een groot appartementencomplex dat in een geleidelijk stijgend landschap is gebouwd. Het is bedoeld voor zowel senioren als studenten.
Basecamp Lyngby ligt vlak bij het Unesco-park Dyrehaven. Met zijn groene dak gaat het volledig op in de natuurlijke omgeving. Het totale project beslaat 9600 m², waarvan het grootste gedeelte daktuinoppervlak betreft. Het gebouw kronkelt in een bloemvorm, waardoor in het midden een centrale ruimte ontstaat. Daarin staat een rond gebouw met ruimte voor een café en feestelijke gelegenheden, studeerplekken, lesruimtes en fitnessapparaten. Op het dak liggen zonnepanelen, die energie voor de stroom van het gebouw opvangen.
Het dak is openbaar toegankelijk. Een asfaltpad van ongeveer 700 m lang slingert vanaf het maaiveld omhoog naar het hoogste punt van het zes verdiepingen tellende gebouw, over een hoogteafstand van 22 meter. Vandaaruit slingert het pad langs de andere kant van het gebouw weer naar beneden.
Intensieve daktuin
Daktuinmaterialenleverancier Zinco werd betrokken bij het project Basecamp Lyngby door een van de verwerkende partners en leverde het daktuinsysteem. Michiel van de Bunt, bedrijfsleider bij Zinco Benelux: 'De daktuin valt onder de intensieve groendaken. Dat betekent dat er niet alleen sedum op komt, maar ook de mogelijkheid om vaste planten en heesters te planten en moestuinen aan te leggen.' Op de foto's wijst hij enkele bomen aan. 'Enkele bomen lijken op het dak te staan, maar feitelijk staan ze ter hoogte van het maaiveld. Op het dak zelf staan alleen meerstammige heesters. Voor de aanplant van bomen is een dikker pakket substraat vereist.'
Systeemopbouw
De daktuin, met het gouden DGNB Denmark-certificaat, heeft dezelfde systeemopbouw voor de plantvakken en het asfaltpad. Vanaf de dakopbouw ligt er achtereenvolgens een beschermlaag, drainage of drainage-waterbuffering met luchtlaag, een filterlaag, een groeilaag en daarin de beplanting.
Van de Bunt legt uit: 'Op de dakconstructie met wortelwerende dakbedekking ligt een waterhoudende beschermmat, de SSM 45. Dat is een vezelmat die is gemaakt uit hergebruikt polystyreen/polypropyleen. Deze mat kan nog 5 liter water extra per vierkante meter bufferen, bovenop de waterbuffering van de FD 40 of de PD 250.'
'Op deze waterhoudende beschermmat liggen op de vlakke dakgedeeltes - in totaal 8000 m² - de drainage- en waterbufferingselementen Floradrain FD 40. Deze elementen zijn 1 m breed, 2 m lang en x 4 cm hoog en gemaakt van hergebruikt thermisch gevormd polyethyleen. Op de steilere dakdelen - in totaal circa 800 m² - ligt Protectodrain PD 250. Dit zijn zwaar belastbare drainage-elementen, gemaakt van ABS-kunststof, met aan de onderkant een gecacheerde rubberen beschermmat, die zorgt dat de elementen op hun plaats blijven liggen. Er ligt ook 500 m² Floradrain FD 25; dit zijn elementen met een hoogte van 2,5 cm. Deze drainerende/waterbufferende elementen hebben allemaal een luchtlaag. Deze zuurstofhoudende laag is van essentieel belang voor de beplanting. Zonder voldoende beluchting in de ondergrond zal de beplanting het niet goed doen, met bruine plekken of rood verkleurde sedumplanten als gevolg. Verder zijn alle drainage-waterbufferingssystemen afgedekt met geotextiel-filterdoek.'
Op de drainage-waterbufferingssystemen ligt vervolgens een substraatlaag voor de beplanting die ruim 20 cm dik is, op sommige plekken wel 35 cm. De toegepaste systeemsubstraten zijn Roof Garden en Lawn, in combinatie met het minerale substraat Zincolit Plus. Na de substraatlaag volgt de beplantingslaag.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Watermanagement
In Nederlandse stedelijke gebieden is weinig ruimte om hemelwater gelijkmatig te laten doorstromen naar het grondwater of rioolstelsel. De gemeente Amsterdam kent voor nieuwbouw al de Hemelwaterverordening, een compensatiemaatregel om een bepaalde waterbuffercapaciteit in te bouwen die in verhouding staat tot het bebouwde oppervlak. In Denemarken valt dat tot dusver mee. Van de Bunt: 'In het project Basecamp Lyngby hoeft het hemelwater niet in reservoirs gebufferd te worden. Het wordt gebufferd in het substraat; eventueel overschot loopt door naar de drainage-waterbufferingselementen FD 40 en FD 25 en de daaronder gelegen waterbufferende beschermingsmat. De FD 40- en PD 250-elementen bestaan uit eierdopvormige bakjes. Door de capillaire werking stijgt het water vanuit de FD 40 en FD 25 weer op, richting het substraat, waardoor het weer beschikbaar komt voor de planten. De FD 40 buffert 6 liter per vierkante meter, de FD 25 3 liter per vierkante meter. Wanneer deze systemen overlopen, verdwijnt het wateroverschot direct naar het rioolstelsel.'
|
Wanneer de systemen overlopen, verdwijnt het wateroverschot direct naar het rioolstelsel
| |
|
Op bepaalde plaatsen zijn inspectiepunten in het systeem gemaakt. Als je het deksel daarvan opent, zie je de hemelwaterafvoer door alle systeemlagen heen. Door deze inspectieschacht kan de afvoer gereinigd worden.
Draagkracht
Voor de aanleg van het 700 m lange pad is in de toplaag met substraat een cunet van circa 15 cm gevormd uit puinfundatie. Hierop is het asfalt aangebracht. De drainerende en waterbufferende constructie onder de paden is precies hetzelfde als die onder de asfaltbaan. 'De draagkracht van FD 40 bedraagt 170 kN/m² en van PD 250 circa 460 kN/m²; dat is ruim voldoende om de belasting van voetgangers en fietsers te dragen', verklaart Van de Bunt. 'Hierdoor kan op deze systeemlaag zowel een dikke laag substraat voor vaste planten en heesters worden aangebracht, als een pad, inclusief puinfundatie.'
| Michiel van de Bunt |
|
|
Functies
De daktuin buffert weliswaar geen water in een uitgebreid krattensysteem, maar vervult wel de nodige andere ecosysteemfuncties: maximale biodiversiteit, een lagere omgevings- en binnentemperatuur en energiebesparing. Zelfs de meer dan duizend overkapte fietsenrekken zijn voorzien van een sedumdak. Van de Bunt legt uit: 'Een daktuin isoleert niet, maar zorgt wel voor een thermisch voordeel, wat betekent dat de binnentemperatuur gelijkmatiger is. Een dak met zwarte dakbedekking kan 's zomers opwarmen tot wel 80 graden Celsius. Een daktuin wordt echter nooit warmer dan de buitentemperatuur en zal als het afkoelt dus geen warmte afstaan.
Warmteabsorberende materialen in de stad doen dat wel, waardoor het hitte-eilandeffect ontstaat. Een daktuin bespaart ook aircokosten, omdat deze minder vaak en minder hard hoeft te draaien om de temperatuur binnen behaaglijk te houden.'
|
Zelfs de meer dan duizend overkapte fietsenrekken zijn voorzien van een sedumdak
| |
|
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
|
| |
Agribex 2025
|
woensdag 3 december 2025 t/m zondag 7 december 2025 |
|
|
|
|
|
|
|