Marc Meijer: 'Bomen moeten presteren. De tijd dat het om leuk en bijzonder ging, is voorbij' |
|
|
|
|
| 278 sec |
Handboek Bomen biedt bestaande, algemeen geaccepteerde kennis en duidelijkheid over bomen in de openbare ruimte.
Het was een spannend moment, tien jaar geleden, toen Marc Meijer en een aantal kornuiten, onder wie Henri Rogaar, met het idee kwamen om alle kennis rondom bomen in de openbare ruimte te verzamelen in één naslagwerk.
Marc Meijer, Norminstituut Bomen |
Het idee oogstte aanvankelijk vooral vanuit de eigen branche kritiek. Die kritiek lijkt echter grotendeels verstomd, nu circa 75 procent van de Nederlandse gemeentes zich heeft aangesloten bij Norminstituut Bomen en zich daarmee geconformeerd heeft aan het Handboek Bomen, dat daarmee de facto de standaard is. Hoofdredacteur Hein van Iersel zet een boom op met initiatiefnemer Meijer over de vraag hoe het zover gekomen is en wat zijn visie is op de toekomst van zijn kindje.
Leuk
Marc Meijer, directeur van het Norminstituut Bomen: 'De tijd dat we aanplantten wat we mooi en leuk vonden, is voorbij. Bomen moeten aan het werk gezet worden en de ecosysteemdiensten leveren die we hard nodig hebben om een leefbare stad te creëren. Tegelijk moeten we ons realiseren dat niets voor de eeuwigheid is, dus ook bomen niet. Dat kan betekenen dat je er in bepaalde omstandigheden niet aan ontkomt om bomen te kappen. Neem een bloemkoolwijk uit de jaren tachtig, die vol staat met platanen en bolacacia's. Ik kan me voorstellen dat je daar zult moeten kappen om de leefbaarheid op niveau te houden. Wel moeten we voorzichtig zijn en zorgen dat we zoveel mogelijk boomkroonvolume voor de stad behouden. Uiteindelijk gaat het natuurlijk niet om de bomen, maar om het totale boomkroonvolume. Wanneer je één veteraan kapt, is die met geen 100 lollystokjes te compenseren. Ik pleit er daarom voor dat boomkwekers geen bomen meer verkopen, maar kroonvolume. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat we wat vaker snelle groeiers aanplanten, zoals bijvoorbeeld populieren. Deze boom is momenteel niet erg populair vanwege de hogere beheerkosten en korte omloopsnelheid. Maar de groeikracht van de populier is een groot voordeel als we snel kroonvolume willen realiseren. In veel steden is nog steeds een teruggang in kroonvolume te zien. Er wordt weliswaar veel aangeplant, maar oude bomen moeten vaak het onderspit delven en in veel gevallen boeren we daarom achteruit.'
|
Die kritiek lijkt verstomd, nu veel Nederlandse gemeentes zich geconformeerd hebben en het Handboek Bomen de facto de standaard is
| |
|
Energiek
Wie Meijer een beetje kent, weet dat hij op zijn minst een energieke uitstraling heeft. Voor een journalist is hij daarmee een makkelijke prooi. Je zet het opnameapparaat aan en Meijer praat zonder schijnbare moeite een paar bandjes vol. Daarbij valt op dat de directeur van het Norminstituut heel goed weet waar zijn Handboek Bomen vandaan komt, en vooral waar het naartoe moet. Voor Meijer persoonlijk is het Handboek Bomen het resultaat van een lange carrière in het professionele boombeheer. Meijer: 'Ik ga niet alle bedrijven opnoemen waar ik gewerkt heb, maar ik wil een uitzondering maken voor Pius Floris. Ik ging daar werken toen ik van het mbo kwam. Pius heeft mij toen echt besmet met het bomenvirus. Ik wilde al eerder in het groen werken, maar meer nog wilde ik een specialisatie in het groen hebben, en dat zijn bomen geworden. Na een aantal banen bij boomverzorgende bedrijven begon ik me ook wel te ergeren aan bepaalde aspecten van het wereldje. Waarom zijn dingen soms zo slecht geregeld? En natuurlijk aan het ontbreken van professionalisering. Ego's zijn er genoeg in het bomenwereldje, maar het moet om bomen gaan en niet om ego's. Uit die frustratie en de noodzaak voor professionalisering is op een gegeven moment het Norminstituut Bomen ontstaan en het idee om alle bestaande kennis rond bomen in één handboek te verzamelen. Want zonder goede normen voor bomen zijn ze kansloos in de drukke openbare ruimte.'
|
'Anders ben je aan het kwartetten zonder dat je kaarten hebt'
| |
|
Meningen
'De bomenwereld was een wereld van meningen, wat misschien niet bijzonder is in een zich ontwikkelende professionaliserende sector. Maar onderdeel van professionalisering is ook dat je vastlegt wat kwaliteit inhoudt. Dat is feitelijk de achtergrond van ons Handboek Bomen. En dat wordt alleen maar belangrijker nu opdrachtgevers groter worden en de kennis weglekt. Het wordt steeds belangrijker dat alle bestaande kennis op één plaats wordt verzameld, zodat daar duidelijkheid over is. Mensen keken een beetje raar op toen wij met ons Handboek begonnen, maar feitelijk kent iedere zichzelf respecterende sector een vergelijkbare norm zoals de NEN voor de bouw en de CROW voor de civiele sector. Ook in de samenwerking met andere sectoren is het heel belangrijk dat bomenkennis op een centrale plaats verzameld is. Anders ben je aan het kwartetten zonder dat je kaarten hebt.' Mijn vraag aan Meijer: In hoeverre zijn jullie een concurrent van het CROW? 'Niet', aldus Meijer. 'Bomen zijn niet de corebusiness van het CROW. In de praktijk zien we juist dat het Handboek Bomen en de RAW-standaard prima samengaan. Ook zijn we op dit moment constructief in overleg over databeheer van bomen.'
Calimero
In de laatste uitgave van het vakblad Boomzorg schreef Meijer een prikkelende column over het Calimero-syndroom waaraan de groene professional zou lijden: Ik ben klein en jullie zijn groot. Nu is dat Calimero-effect wel verklaarbaar. Als een riool en straat gerenoveerd moet worden, kost dat snel anderhalf of twee miljoen euro. Van dat budget gaat misschien één procent naar groen en negennegentig procent naar zaken die je nooit meer terugziet, zoals riolen, kabels en leidingen. Ook in de vakwereld bestaat dat enorme verschil. Meijer: 'Van de tien projectleiders hebben er negeneneenhalve een civiele achtergrond en één halve projectleider is groen geschoold. Dat alles maakt het belang van eenduidige normen voor de bomenwereld nog groter. Ik hoorde een gebruiker van ons eens zeggen: het grootste voordeel van het Handboek Bomen is dat we daarmee duidelijkheid en dus rust kunnen scheppen. We hoeven niet meer te discussiëren over de vraag of er voor een groeiplaats 14 kuub of 10 kuub substraat nodig is, want in de vakwereld is vastgesteld dat 14 kuub het minimum is. Ben je het daar niet mee eens? Dat kan en afwijken met argumentatie kan altijd, maar dit is toch echt wat de vakwereld besloten heeft. Dat is bestaande kennis die wij bij elkaar gebracht hebben. Die kennis gaan we de komende jaren efficiënt ontsluiten naar sectoren die verschil kunnen maken voor bomen. Geen verrassing, de belangrijkste is de civiele sector. Die sector snakt naar duidelijkheid over bomen.'
|
'De jongere generatie staat veel meer open voor het idee van een centrale kennisbank'
| |
|
Stichting
Het Norminstituut Bomen is indertijd met dank aan investeerders opgericht als commercieel bedrijf en Meijer als directeur. Inmiddels is dat niet meer het geval. In 2020 heeft Meijer zijn aandelen overgedragen aan een stichting met een bestuur bestaande uit vakmensen. Meijer: 'Dat heb ik gedaan om de continuïteit en groei van Norminstituut Bomen te waarborgen. We zijn nu ook geen bedreiging meer voor kennisinstituten en overheden, dat is een mooi bijkomend voordeel. Onze campagne bomenzijnbelangrijk.nl past ook goed in onze maatschappelijke relevante taak. Veel burgers zijn betrokken bij klimaatverandering en de rol van bomen. De behoefte aan onafhankelijke objectieve kennis is groot! Met de groei lijkt het wel snor te zitten. Op dit moment heeft ongeveer 75 procent van de Nederlandse gemeentes zich geconformeerd aan het Handboek Bomen. Meijer: 'Er zijn nog steeds boombeheerders die van mening zijn dat zij het Handboek niet nodig hebben. Dat mag, maar als zo'n beheerder dan met pensioen gaat, neemt zijn opvolger vaak snel contact met ons op. Wij zien echt dat de jongere generatie veel meer openstaat voor het idee van een gevalideerd handboek in een centrale kennisbank.'
Bomennorm
Met de verdere groei van het Handboek in de toekomst zit het dus wel goed; dat is tenminste de stellige mening van Meijer. Tegelijk is Meijer met zijn team al bezig met nieuwe instrumenten en initiatieven. Over één initiatief wil hij niet al te veel vertellen, maar de naam 'Bomennorm' verklapt al veel. De bedoeling is dat gemeentes met deze bomennorm kunnen benchmarken. Met behulp van objectieve metingen van het boomkroonvolume wordt bepaald hoe groen een bepaalde gemeente of wijk is, maar nog belangrijker: of die gemeente of wijk de afgelopen tijd groener is geworden of juist kroonvolume heeft verloren. 'En waar de kansen voor vergroening liggen. Want de opgaven zijn groot! Tijdens de landelijke gebruikersdag op 25 mei in Apeldoorn worden de plannen uiteengezet. Licentiehouders zijn welkom ... als er nog een plaatsje vrij is.'
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
|
| |
Agribex 2025
|
woensdag 3 december 2025 t/m zondag 7 december 2025 |
|
|
|
|
|
|
|