Whatsapp Facebook X LinkedIn Instagram RSS feed

'Groenbeheer is cyclische ecocide'

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Paul van der Sneppen, vrijdag 13 mei 2022
381 sec


Stadsdokter Rotterdam pleit voor stedelijke natuur waarin mensen zichzelf helen

Zijn tempo is lastig bij te houden. Rini Biemans praat graag, snel en veel. Zijn ideeën over stadsnatuur raken bovendien aan veel verschillende thema's; ze gaan over uiteenlopende zaken als biodiversiteit, leefstijlziektes, eenzaamheid en de financiering van groenbeheer. Hij springt in zijn tomeloze energie en zijn enthousiasme soms van de hak op de tak, zo lijkt het. Toch slaagt hij er uiteindelijk in om de samenhang van al die thema's overtuigend voor het voetlicht te brengen. Een warm pleidooi voor creatief beheer en de inrichting van wijknatuurfondsen.


Hij lijkt even kwaad te worden als hem wordt voorgehouden dat zijn argumenten voor meer groen, meer biodiversiteit en de effecten daarvan op de volksgezondheid en de natuur niet nieuw zijn. Stad+Groen is de afgelopen jaren stad en land afgereisd om te spreken met wethouders over groenbeheer in hun gemeenten. Wat opviel in die artikelenreeks, was dat wethouders in het land het doorgaans roerend eens zijn over de noodzaak van meer groen, meer biodiversiteit en hoe dat positief uitwerkt op zowel het sociaal welzijn als op de natuur. Het zijn in een notendop de belangrijkste thema's waarop gemeenten tegenwoordig sturen in hun groenbeleid. Ook dragen gemeentebesturen steeds vaker openbaar groen over aan zelfbeheerprojecten van buurtbewoners.

Rini Biemans: 'Van al dat helpen worden mensen doodziek'

Geïntegreerd beleid

'Maar waar zijn ze dan als ik ze uitnodig om in Park 1943 mijn invulling van creatief beheer te komen bekijken?', vraagt Biemans zich hardop af. 'En waarom doen gemeenten zoveel vergeefse moeite om mensen met een uitkering te activeren? Als je om de een of andere reden tussen wal en schip valt en in de onderklasse leeft, word je tot vervelens toe geplaagd door welzijnsclubs die je willen helpen. Het helpt ze geen donder.' Volgens de Stadsdokter, zoals hij zich vaak noemt, laten gemeentebesturen, in weerwil van hun goede bedoelingen, veel kansen liggen om sociaal zwakkeren écht te activeren. Met al hun kennis over de effecten van groen op de volksgezondheid op zak, komen ze volgens Biemans maar niet tot de logische gevolgtrekking dat welzijnsbeleid en groenbeleid veel meer geïntegreerd kunnen worden.


Als je in de onderklasse leeft, wordt je geplaagd door welzijnsclubs die je willen helpen

De kennis die volgens Biemans logischerwijs zou moeten leiden tot integratie van groen- en welzijnsbeleid, is inderdaad niet nieuw, geeft hij toe. Hij noemt enkele cijfers. 'In een groene wijk komt 30 procent minder depressie voor en 15 procent minder overgewicht. In grote steden lijken stadsbestuurders vaak doodsbenauwd voor luchtvervuiling. Toch is slechts zes procent van onze totale ziektelast gerelateerd aan luchtverontreiniging. De rest is overwegend toe te schrijven aan leefstijl. Als je in de meest vervuilde omgeving van het land elke dag een half uurtje naar je werk fietst, leef je veel gezonder dan wanneer je op de Veluwe woont en elke dag op de bank of achter een computer zit. Gezondheid is onlosmakelijk verbonden met leefstijl en die leefstijl is voor het overgrote deel opgedrongen. Mensen moeten vaak zittend werken en wie niet rijk is, heeft veelal geen tijd en geen ruimte om te bewegen.'

Oplossing

Tot zover vertelt Biemans niets nieuws, weet hij zelf ook. 'Ja, dit weten we allemaal al ruim twintig jaar.' Wat wél nieuw is, zegt hij, is zijn meer holistische kijk op gezonde stadswijken, een aanpak waarin buurtbewoners zich zélf inzetten voor het creëren van sterke natuur en een betere leefomgeving met meer groen. Creatief beheer, noemt hij het.


Scholieren doen in Park 1943 hun maatschappelijke stage
Scholieren doen in Park 1943 hun maatschappelijke stage
In het Rotterdamse Park 1943 laat de Stadsdokter zien hoe hij zijn idee in de praktijk brengt. Samen met vrijwilligers uit de buurt doet hij het onderhoud. 'We doen hier schoon en groen, zoals dat heet.' Alleen het onderhoud van de bomen en het maaien is nog in handen van de gemeente. De rest doet de Stadsdokter met zijn vrijwilligers. 'We steken hier tien keer meer manuren in het onderhoud van het openbaar groen dan wanneer de gemeente het doet.' Over mankracht heeft hij niet te klagen. Als iemand de inwoners van de Rotterdamse binnenstadswijk Tussendijken weet te activeren, dan is het Biemans wel. 'Ik heb doorgaans meer vrijwilligers dan werk.'

Die vrijwilligers zijn zeker niet allemaal mensen in een maatschappelijke achterstandspositie. 'Het is een groep mensen van zeer diverse pluimage. We hebben vandaag bijvoorbeeld een jurist rondlopen, huisvrouwen, een kunstenaar en natuurlijk ook scholieren die hier hun maatschappelijke stage doen.'

Maatschappelijk aanzien

Biemans vindt het bovendien belangrijk dat het werk status heeft. Hij merkt op dat werken in de groenvoorziening vaak een gering maatschappelijk aanzien heeft. Het treurige beeld van de plantsoenenschoffelaars met afstand tot de arbeidsmarkt wil hij graag doorbreken. 'Hier ziet iedereen hoe een leuke club vrijwilligers met veel plezier samenwerkt aan het creëren van gezonde stadsnatuur. Dat heeft aanzien en de vrijwilligers voelen dat ook zo. Ze werken aan iets tofs, iets vernieuwends dat goed is voor zowel de wijk als voor de natuur. Vrijwilligers die in hun privésituatie problemen hebben, voelen zich hier in hun kracht gezet, door de sociale interactie en door hun bijdrage aan een mooie, gezonde omgeving. Ik help hier niemand. Zij helpen mij, bij het maken van mooie stadsnatuur.'


Stadskinderen leren de natuur kennen
Stadskinderen leren de natuur kennen
Het creatief beheer zoals de Stadsdokter dat in Park 1943 in de praktijk brengt, heeft een hoge zichtbaarheid. Dat komt niet alleen door de vele manuren die in het onderhoud van het park worden gestoken - er is altijd wel iemand bezig -, maar ook doordat veel vrijwilligers herkenbare werkkleding dragen met het logo van creatief beheer. Die zichtbaarheid draagt ongetwijfeld ook bij aan de interactie met de buurt. Biemans en de vrijwilligers worden geregeld aangesproken door voorbijgangers. Soms een groet, soms ook een kort gesprek. 'Stel je van die gesprekken niet teveel voor. Het gaat vaak nergens over, maar mensen in de buurt kennen ons. We worden gezien.'

Ecologisch tuinieren

Wat ook wordt opgemerkt, zegt Biemans, is alles wat zijn ecologisch tuinieren aan natuurschoon oplevert. 'Mensen zien dat hier iets anders wordt gedaan dan in andere parken en gemeenteplantsoenen. We krijgen vaak complimenten.'


De Stadsdokter laat ook geen kans liggen om de wereld te tonen wat zijn filosofie over ecologisch tuinieren in Park 1943 allemaal voor moois voortbrengt. Hier en daar staan bordjes in de plantsoenen met daarop de namen van bloemen en planten. Maar vooral op sociale media houdt Biemans heel actief een log bij van wat er in het park zoal opkomt en in bloei staat. Tijdens de rondgang door het park zakt de Stadsdokter geregeld door de knieën om met zijn smartphone plaatjes te schieten van een plant of een insect. Die fotoseries worden allemaal op Twitter en Instagram gezet. Ook daar wordt zijn werk opgemerkt. Het Twitterkanaal @Stadsdokter telt maar liefst een kleine 3.500 volgers.

Balans

Biemans wil de natuur in de stad vooral een kans geven om haar eigen gang te gaan. Toch wordt er ijverig getuinierd door de vrijwilligers. 'Het is hier uiteraard geen natuurlijke omgeving. Het is een stadsomgeving. Wat wij doen, draait eigenlijk om het vinden van een goede balans.' Terwijl hij het zegt, trekt hij een eenzame brandnetel uit de grond. 'Maar daar, verderop, laten we een heel bos brandnetels staan. Het is een nuttige plant voor de rupsen van bepaalde vlinders, bijvoorbeeld. We moeten in een urbane omgeving alleen oppassen dat er niet één bepaalde soort gaat woekeren en andere nuttige inheemse soorten verdringt. We zijn eigenlijk steeds op zoek naar een gezonde balans.'


'Vergroenen is de natuur doodmaken en vervangen voor decorstukken'

Met de natuur mee tuinieren, noemt de Stadsdokter het. 'Hoveniers die door een gemeente worden ingehuurd, tuinieren eigenlijk steeds tegen de natuur in. Dat merk je goed wanneer een gemeente ergens wil vergroenen. Eerst halen ze de hele bovenlaag weg. Doodzonde, want daar zitten juist de zaadbanken in met alle inheemse soorten. Vervolgens wordt er een steriele oftewel onkruidvrije nieuwe bovenlaag aangebracht. Daar worden dan wat nieuwe, omgevingsvreemde planten in gezet. Dat noemt men vergroenen van de buurt. Het is feitelijk het doodmaken van de natuur om er vervolgens decorstukken voor in de plaats te zetten, een soort cyclische ecocide.'

Hoe meer complexiteit in de natuur, hoe beter
Hoe meer complexiteit in de natuur, hoe beter
Biemans' methode laat de decorstukken die hij in het park heeft aangetroffen voor een deel met rust. 'We hebben wel tuinplanten weggehaald. De tuinplanten die we hebben laten staan, dienen eigenlijk als romantische, esthetische aankleding.' Toch is dat geen knieval voor de buurt, die de inheemse soorten misschien voor onkruid aanziet, bezweert de Stadsdokter desgevraagd. 'Tuinplanten zien er namelijk niet alleen fraai uit; ze dragen ook bij aan de complexiteit van de natuur. Hoe meer complexiteit, hoe beter. We streven in gezonde stadsnatuur dus niet alleen naar inheemse soorten. Het gaat vooral om een goed uitgebalanceerde natuur, om een stevig evenwicht dus.'

Wat Biemans in Park 1943 doet, doet hij ook op nog drie andere locaties in Rotterdam. Er gingen jaren aan vooraf waarin hij overal vergeefs aan de boom schudde om aandacht te krijgen voor zijn methode. 'Het was een moeilijke tijd. Ik had flink geïnvesteerd in een start-up. Ik had ook een goed verhaal klaar en wist grote namen als transitie-expert professor Jan Rotmans aan mijn zijde. En toch nam uiteindelijk niemand echt verantwoordelijkheid. Mijn medestanders van de Erasmusuniversiteit deden hun onderzoekjes en legden hun eitjes, maar daarna keken ze, net als de bestuurders, de andere kant op als er doorgepakt moest worden.'

Recht tot uitdagen

De start-up werd bijna zijn financiële ondergang. Toch ging Biemans niet bij de pakken neerzitten. Hij ging door en kreeg in Rotterdam uiteindelijk voet aan de grond. Hij maakte daarbij gebruik van the right to challenge, in goed Nederlands het uitdaagrecht, een regeling die het burgers mogelijk maakt om zich te verenigen en de overheid te vragen een bepaalde publieke taak zelf in handen te mogen nemen. Dat kan als burgers van oordeel zijn een beter of goedkoper resultaat te leveren. Zo heeft hij voor Park 1943 30.000 euro losgepeuterd voor de taken schoon en groen. Het schoonhouden van het park kost de gemeente ongeveer 25.000 euro. Voor het werk aan groen is 5.000 euro ter beschikking gesteld. De vrijwilligers krijgen een vergoeding van 2,50 euro per uur.


Rotterdamse stadsnatuur als je die haar gang laat gaan
Rotterdamse stadsnatuur als je die haar gang laat gaan
Biemans is nu 61. 'Voor mijzelf hoef ik hier niet zo nodig een succesvolle onderneming van te maken. Ik doe dit graag en heb een leuk leven', zegt hij. 'Ik hoef voor mijzelf niet op te schalen, maar ik wil wel heel graag dat het idee dat we in Rotterdam hebben uitgewerkt, ook elders opgepakt wordt. Alle gemeenten zouden hiermee moeten experimenteren. Ik vertel iedereen die het horen wil mijn verhaal en doe dat uit overtuiging. Ze zijn gek als ze er niets mee doen. Dat vind ik echt.'

Het wijknatuurfonds

Om het idee van creatief beheer elders in het land vleugels te geven, heeft de Stadsdokter een financieringsmethode bedacht, het wijknatuurfonds. Door een deel van het onderhoudsbudget voor openbaar groen en de bijbehorende taken onder te brengen in een wijknatuurfonds, wordt groenbeheer mogelijk gemaakt met participatie als basis en het dagelijks onderhoud als hoofdtaak. Een dergelijk fonds kan bovendien ook geld ophalen bij andere stakeholders. 'Dat kunnen zorgverzekeraars zijn, maar ook lokale verenigingen of bedrijven', zegt Biemans daarover. 'Zulke bijdragen kunnen bijvoorbeeld worden ingezet voor het uitbreiden van de beheermethode naar meer locaties in de gemeente of voor het uitbreiden van de beheertaken.'


Inheems is geen onkruid
Inheems is geen onkruid
De idee achter een wijknatuurfonds is volgens Biemans dat een bestaande kostenpost van een gemeente wordt omgezet in een investeringsmogelijkheid die bijdraagt aan een gezonde leefomgeving en alle daarvan afgeleide maatschappelijke rendementen. 'Het is een uitvoerend fonds met een basisinleg. Die basisinleg komt uit het budget voor bestaande standaardtaken. Denk daarbij aan schoonhouden, onderhoud van groen en het uitvoeren van kleine reparaties. Door verschillende beleidsterreinen in de uitvoering te integreren, wordt maatschappelijk rendement gegenereerd op biodiversiteit, volksgezondheid en sociale veiligheid.'

LEES OOK

LOGIN   met je e-mailadres om te reageren.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
GREEN OUTLET
GEVRAAGD: Webdesign Hamburg
maandag 25 november 2024
AGENDA
Groene Sector Vakbeurs 2025
dinsdag 7 januari 2025
t/m donderdag 9 januari 2025
Agribex 2025
woensdag 3 december 2025
t/m zondag 7 december 2025

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
Green Industry Profile
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER